Gerbrandy, buikspreekpop van de groene lobby

Geen categorie08 jun 2011, 20:30

Gerben Jan Gerbrandy is de eerlijkheid zelve. Dit Europarlementslid voor D66, waar Michael vanochtend nog een koffiehoek aan wijdde, geeft ruiterlijk toe dat er bij hem stevig gelobbyd wordt:

“Een rapporteur mag namens het hele parlement een rapport opstellen. Met andere woorden, hij of zij maakt de eerste concept-resolutie of wetgevingsamendering. Elke lobbyist weet dat hoe dichter je zit bij diegene die de eerste woorden op papier zet, des te groter de invloed. De rapporteur is diegene in het EP, dus een eerste doelwit voor wie het beleid wil beïnvloeden.”

Gerbrandy is zelf natuurlijk rapporteur, schaduwrapporteur wel te verstaan, vandaar deze wat kinderlijke uitleg. Impliciet wil de D66-er uiteraard aangeven dat hij zich niets van lobbyisten aantrekt. Hij is de zeldzame objectiviteit in Brussel. Prachtig natuurlijk, als het ook echt zo zou zijn

Gerbrandy rapporteert aan het Europees Parlement over voedseletikettering. Brussel zit op dit moment in de afrondende fase van nieuwe regelgeving die moet voorzien in verbeterde voorschriften op dit gebied. Lijkt allemaal niet belangrijk, maar kost u als consument uiteindelijk een lieve duit. En zoals gebruikelijk weten wij daar niks van, tot het te laat is. De D66-rapporteur boog zich binnen dit traject onder andere over de labelling van palmolie.

Enkele door de linkse fracties in het parlement ingediende amendementen roepen op tot het verplicht vermelden van de herkomst van palmolie. Doel is om niet-duurzame palmolie te weren. Mooi natuurlijk, maar zo eenvoudig is dat niet. Om de herkomst van palmolie tot op de plantage te kunnen traceren moet de gehele productielijn grondig herzien en gemonitord worden. En dat kost geld. Heel erg veel geld.

De afzonderlijke lidstaten van de Europese Raad zien dit probleem, en keuren het amendement op basis hiervan collectief af.

the Council had noted that more detailed information than the animal/vegetal origin of the oil/fat would represent further costs for food business operators and would not be justified considering the strengthening of the nutritional information. Amendment 263, 279 were rejected.

Ook de Europese Commissie en de hoofdrapporteur, Renate Sommer, zijn om dezelfde redenen tegen de amendementen.

Gerbrandy heeft echter met eigen ogen gezien hoe schadelijk het allemaal wel niet is, op een dienstreis naar Maleisie en zal dus toch aandringen op aanname van het amendement. Is dit zijn eigen idee? Bepaald niet. Gerbrandy heeft op zijn weblog drie artikelen gewijd aan zijn dienstreis en heeft er een interview over gegeven op BNR. Wat opvalt is dat hij hier argumentatie aanhaalt die verdacht veel lijkt op de argumenten van de groene lobby.

Zo spreekt de D66- over de Borneo-deelstaat Sarawak. Hij noemt het een ‘coybowstaat’. "Daar trekken ze zich niets aan van duurzame bosbouw, want ze leveren toch bijna niets aan Europa. En de grootste afnemer Japan stelt geen eisen." Aldus Gerbrandy. Nogal stemmingmakend, en bovendien onjuist. Maar goed, we zullen het hem maar vergeven. Hij heeft het immer niet zelf verzonnen. Het komt namelijk bij groene lobby vandaan: "Recently announced plans by the state of Sarawak to open one million more hectares of land for new palm oil plantations are shocking."

De deelstaat wil dus een gebied van 1 miljoen hectare voor de zeer lucratieve palmolie-industrie reserveren. Dit is volgens Gerbrandy een probleem omdat het gebied zelf maar 12 miljoen hectare is. Een op twaalf dus. Dat gebied zal gedeeltelijk ontbost moeten worden om voor palmolieproductie geschikt gemaakt te worden. Dat betekent dat er 11 miljoen hectare overblijft voor andere doeleinden. Ter vergelijking, in Nederland wordt bijna 70 procent van het grondgebied voor landbouwdoeleinden gebruikt, en daar varen wij bijzonder wel bij.

In zijn uitleg waarom het nu zo slecht is dat er een stuk bos zou moeten plaatsmaken voor de economische ontwikkeling van Maleisie gebruikt Gerbrandy slechts een paar argumenten, die bovendien allen rechtstreeks uit de groene koker lijken te komen. Zo verwijst hij bij BNR naar het duurzaam toerisme. Dit zou volgens Gerbrandy een “onwaarschijnlijk grote markt” zijn, die door de palm olie industrie zou worden beschadigd. Nu hoef je geen econoom te zijn om te begrijpen dat toerisme de potentiële inkomsten van 1 miljoen hectare palmolie niet kan vervangen, maar ook dit komt bij de groene lobby vandaan: "it is also important to choose the right kind of economic alternatives such as sustainable organic farming, eco-tourism and animal husbandry."

Als klapper gebruikt Gerbrandy in zijn weblog het stokpaardje van de mondiale groene lobby, de Orang Oetan. "Palmolieplantages verdringen nog altijd het leefgebied van bijvoorbeeld de Orang Oetan," maar ook,"als Sarawak doorzet zullen er letterlijk orang oetans verdwijnen door de palmolie en dat spookbeeld is men hier nu juist zo hard aan het bestrijden." Een van de vele voorbeelden waar men dit argument terug vindt is bij de Sumatran Orangutan Society, die de woorden van Gerbrandy bijna letterlijk lijkt voor te kauwen: “Orangutan habitat in Sumatra and Borneo is being clear-felled at an alarming rate for conversion to oil palm plantations”            

Dat de schadelijkheid van ontbossing wetenschappelijk helemaal niet vaststaat, werd gister al kundig aangetoond door Theo Richel, wetenschapper en columnist voor de groene rekenkamer. Hij wijdde een prachtig stuk aan de inhoud van de argumentatie van Gerbrandy. Aan de D66-er de vraag of hij daarop wilde reageren. Als een echt politicus stemde hij in. Dat dit even duurt is natuurlijk begrijpelijk. Deze rapporteur moet immers eerst met zijn groene lobbyisten overleggen hoe Richel´s wetenschappelijke argumenten weerlegd kunnen worden met nog meer groene kletspraat. Wij zullen later meer aan u rapporteren.        

Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten