Vanaf 9:56 neemt Dion Graus (PVV) het woord over dierenwelzijn en begint over de kale poes. Grote ophef in de kamer natuurlijk, want door het door fokken van dieren schijnen er de meest vreemde katachtigen ter wereld komen. Katten zonder vacht of snorharen. Zielig allemaal natuurlijk, maar het vervolg van Graus werd nog opmerkelijker. Namens de PVV overstroomde hij minister Schouten (ChristenUnie) met talloze rake en minder rake opmerkingen over dierenwelzijn. Zo zou de minister een publiekscampagne moeten beginnen om het dierenalarmnummer 144 meer aandacht te geven omdat veel burgers niet schijnen te weten dat dit bestaat.
Volgens Graus zou de grote hoeveelheden aan afgekeurd vlees impliceren dat er sprake is geweest van dierenmishandeling. Dat is natuurlijk nog niet zeker en daarom pleit Graus voor een onderzoek. Een gesprek over een onderzoek naar het functioneren van slachthuizen werd nog even naar voren geschoven door Schouten. Mooi natuurlijk dat Graus zich zo hard maakt voor dierenwelzijn, maar voor dit onderwerp nemen kiezers andere partijen vaak stukken meer serieus dan de PVV. Zo is de Partij voor de Dieren natuurlijk ten tonele verschenen met de milieu-, en dierenwelzijn agenda's.
En zo zie je dat politieke partijen, de PVV incluis, soms hun mening bijstellen. 'Hypocriet!' zeggen sommigen, maar het kan ook gewoon vootschrijdend inzicht zijn. En dat is iets goeds. Dat was in 2008 heel anders. Destijds legde de PVV de verantwoording nog volledig bij de consument. Maar dat is natuurlijk een onhoudbare positie en daarom is het goed te zien hoe Graus nu dus een concreet onderzoek wil laten uitvoeren naar dierenwelzijn bij slachthuizen. Bijzonder ironisch natuurlijk, want laten we eerlijk zijn: vleesfabrieken zijn zo ongeveer het tegenovergestelde van dierenwelzijn. Vaak zie je dan ook dat dergelijke onderwerpen vaak nog een onderliggend doel hebben, niet enkel om dierenwelzijn daadwerkelijk te verbeteren, maar om een industrie haar normen te laten wijzigen.