Fabrikant van Stint vraagt sneller dan snel faillissement aan

NOS Teletekst meldt dat de fabrikant van de Stint een faillissement heeft aangevraagd. Edwin Renzen stelt dat de elektrische bakfietsen moeten blijven staan en hij kiest het hazenpad. De groei stagneert sinds het fatale ongeluk in Oss en wellicht dat de organisatie boter op het hoofd heeft en middels deze route probeert het verantwoordingsvraagstuk te voorkomen. Zo eenvoudig gaat dat namelijk in Nederland, middels de juridische constructies van rechtspersonen en het principe van limited liability komen rechtspersonen met meeste vreemdste zaken weg, waar de gewone burger zou worden aangepakt. Dit zou zogenaamd goed zijn voor economische groei, logisch want de bedrijfseconomische risico's worden door limited liability genivelleerd.

Het onderzoeksbureau TNO is bezig om de Stint te onderzoeken en komt aan het einde van dit jaar met de resultaten. Renzen wil hier dus niet op wachten en probeert de verantwoordelijkheid van de organisatie te verbloemen door snel een faillissement aan te vragen. Daarmee komt de rechtspersoon Stint te vervallen en zou het het vervolgen van de verantwoordelijken lastiger maken. Sterker nog, als er schadevergoedingen moeten worden uitgekeerd is er een grote kans dat er geen geld meer is. Wellicht komt TNO met een negatief rapport en neemt Renzen het zekere voor het onzekere. Tenminste dat wat in zijn belang is.

Minister Cora van Nieuwenhuizen (Infrastructuur/VVD) zit er in ieder geval bovenop en besloot dat de Stints niet langer de weg op mogen. Volgens een rapport van de Inspectie Leefomgeving en Transport is de bakfiets een potentieel risico en daar gaat TNO binnenkort dus ook uitspraken over doen. Door de constructie van het apparaat valt de Stint soms stil of remt niet meer. Ongelooflijk! Ook heeft de fabrikant technische wijzigingen doorgevoerd zonder het Ministerie te verwittigen, zoals zij verplicht is. Dit lijkt dus allemaal bijzonder ernstige vormen aan te nemen en dus kiest Edwin Renzen snel het hazenpad.

Voor dergelijke situaties zou een Noodwet Ondernemerschap moeten gelden, waarbij de rechtspersoon blijft bestaan, de tegoeden worden bevroren en het personeel op non-actief wordt gesteld. Op die manier kan vervolging en verantwoording richting de samenleving beter plaatsvinden. Vier kinderen zijn vanwege het onnadenkende ondernemerschap van Renzen namelijk wel van een toekomst beroofd.