60% van de parlementsleden heeft geen of nauwelijks ervaring in de private sector.
Jalta, de nieuwe website van DDS-eigenaar Joshua Livestro, heeft
een stuk online gezet dat werkelijk uit mijn hart gegrepen is. Auteur
Rutger van den Noort (vicepresident van een Nederlandse multinational in de Verenigde Staten) schrijft daarin namelijk dat het hoog tijd wordt voor wat ondernemersbloed in de
Tweede Kamer.
Een van de belangrijkste problemen die Nederland op dit moment heeft is het ontbreken van significante economische groei. Een goed draaiende economie lost de werkeloosheid op, dempt daarmee integratieproblemen en stimuleert de belastinginkomsten, drie thema’s die veelvuldig op de Nederlandse politieke agenda voorkomen. De meeste monetaire mogelijkheden zoals het verlagen van de rente en het bijdrukken van geld zijn benut en hebben tot nu toe nog niet het beoogde effect gehad. Het is hoog tijd om de problemen fundamenteel aan te pakken.
Hoewel huidige Kamerleden daar niet blij mee zullen zijn heeft Van den Noort natuurlijk honderd procent gelijk. Het onderliggende - het fundamentele - probleem is dat er veel te veel carrierepolitici in de Tweede Kamer zitten. Zij hebben geen idee hoe je de BV Nederland aan de praat krijgt; hoe je banen creëert; hoe je voor een hogere omzet (en lagere lasten) zorgt. Ze doen maar wat.
Een gedegen analyse van de tweede kamer laat zien dat 60% van de leden van de wetgevende macht niet of nauwelijks (minder dan vijf jaar) in de private sector heeft gewerkt. Daarnaast hebben de mensen die wel in de private sector hebben gewerkt, slechts een gedeelte van hun carrière hun eigen geld verdiend. In totaal leidt dit tot de conclusie dat in slechts 25% van de arbeidsjaren van parlementariërs ervaring is opgedaan met vraagstukken die vergelijkbaar zijn met het vraagstuk: “hoe gaan we de BV Nederland weer winstgevend maken?”.
Het gemiddelde Tweede Kamerlid is 45 jaar oud, heeft in totaal 21 jaar werkervaring, waarvan 5 jaar in de private sector, 10 jaar in de publieke sector en daarna 5 jaar als kamerlid. Als je die cijfers bekijkt is het geen raadsel dat de Kamer en het kabinet al jaren een enorme puinhoop maken van de begroting, waarom Nederland stelselmatig verlies lijdt, en de
economie door blijft kwakkelen.
Onze politici hebben gewoon geen idee waar ze mee bezig zijn.
Je kunt het ze eigenlijk niet eens kwalijk nemen. Ze weten niet beter.
Gelukkig is het probleem in theorie gemakkelijk op te lossen: politieke partijen moeten meer
ondernemers en topmanagers op kieslijsten zetten. Alleen dan kan er mogelijk het één en ander veranderen. Helaas zal dat in de praktijk ongelooflijk lastig blijken te zijn: lijsten worden immers vastgesteld door carrierepolitici en die geven in de regel de voorkeur aan mensen die net zo zijn als zij.
Het is dan ook niet verbazingwekkend dat Van den Noort concludeert dat de tijd rijp is voor een echte ondernemerspartij.