Het ministerie van Buitenlandse Zaken gaat een aantal van zijn grootste afnemers van subsidie voorwaarden opleggen. Zo mogen de medewerkers van organisaties als het Nederlandse Rode Kruis niet meer dan een directeur-generaal op een ministerie ontvangen, 124 duizend euro per jaar. Wat fijn dat
deze maatregelen, anno
1977 2010 toch nog genomen worden.
Ben Knapen, CDA-staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, heeft dit in een brief aan de Tweede Kamer laten weten. Hij geeft met zijn brief te kennen, dat hij het opinieklimaat in Nederland beter aanvoelt dan menig Haags politicus:
De staatssecretaris wil hen 'laten inzien dat opinies en inzichten met betrekking tot ontwikkelingssamenwerking in het algemeen en de uitbetaling van topsalarissen in het bijzonder in Nederland de laatste jaren drastisch gewijzigd zijn'.
Netjes uitgedrukt zegt hij hier zo ongeveer, dat die bestuurders wel van God los moeten zijn om zulke bedragen op te strijken, terwijl ontwikkelings
samenwerkinghulp in Nederland onderhand even populair is als een flitspaal. Daarnaast wijst hij er fijntjes op dat Nederlanders het gehad hebben met topsalarissen, vooral als die van belastinggeld worden betaald. Het allemaal veel weg van een arts die zijn patiënt rustig uitlegt dat hij toch echt binnen afzienbare tijd zal overlijden, als hij zich zo ongegeneerd vol blijft vreten. Het is allemaal
niet nieuw.
Een schets van de inkomenssituatie van sommige CollecteBazen:
Zo ontvangt de directeur van Global Reporting Initiative ruim 162 duizend euro. Ook UNESCO-IHE met 157.050 euro en het Koninklijk Instituut voor de Tropen met 142.857 euro zitten ruim boven de norm. Over 2009 hadden het Koninklijk Instituut voor de Tropen en SNV zelfs ieder twee directeuren die boven de grens van (toen nog) 121 duizend euro zaten.
Dat bepaalde hulporganisaties alleen in eigen vlees snijden als ze daartoe gedwongen worden, geeft eens te meer aan, dat altruïsme daar allang dood is. Natuurlijk met dank aan de overheid, die de hulpklazen telkens weer geld toestopte.