Bij alle terechte kritiek op de verzorgingsstaat wordt weleens vergeten dat die ook goede zaken heeft. De AOW bijvoorbeeld. Er wordt tegenwoordig door veel economen gedaan alsof die onhoudbaar is, want 'te duur', maar daarbij wordt wel erg gemakkelijk voorbijgegaan aan het feit dat iedereen op een oudedagsregeling moet kunnen rekenen en dat er op een basispensioen niet snel bezuinigd kan worden zonder dat de 'opbrengsten' van zo'n operatie elders weer (voor de overheid en zeker voor de burger) als extra lasten terugkomen. Daarbij was de AOW van alle regelingen in de sociale zekerheid het meeste draagvlak onder de bevolking, voor de bereidheid om een volksverzekering te blijven financieren van cruciaal belang. Bij de AOW kun je zelfs zeggen dat de overheid hier werkelijk voor iedere Nederlander in gelijke mate wat doet, en uitgerekend die in de wereld unieke vorm van sociale zekerheid zorgt voor een binding met het eigen land (en volk) die door de huidige politieke generatie stelselmatig wordt ondergraven.
Natuurlijk zou je kunnen zeggen dat er aan het onderliggende principe van de AOW bij de verhoging van de AOW-leeftijd, die in 1957 nogal willekeurig op 65 is gesteld, niks verandert als die naar 66 of 67 gaat. De levensverwachting is langer, we leven langer gezond, en er komen relatief meer ouderen die door minder jongeren moeten worden onderhouden. Wat is dan logischer om een jaartje (of twee jaartjes) langer te werken? Op die logica valt mijns inziens nogal wat af te dingen, een thema waaraan ik de laatste jaren menig bijdrage op de
Dagelijkse Standaard aan heb gewijd en ook in
de Volkskrant van afgelopen zaterdag nog eens terugkom. Ik wil alle argumenten niet nog eens herhalen (lees
dat stuk), want ik besef heel wel dat dit inmiddels een achterhoedegevecht is geworden en dat de drammers onder het economenvolk, die steeds weer hameren op de afnemende bereidheid van jongeren om voor ouderen te betalen, aan het winnen zijn. Dat betekent dat de AOW, een oudedagsregeling die in principe immuun moet zijn voor de nukken van de politiek, een speelbal is geworden van peudohervormende politici en in onderhandelingen als wisselgeld wordt misbruikt. Daarmee ontstaat de selffulfilling prophecy dat elk verzet tegen de verhoging van de AOW-leeftijd een achterhoedegevecht is geworden en dat jongere generaties hier geen baat meer bij hebben. Een rampzalige vergissing, niet alleen voor ouderen, maar vooral voor jongeren die door de afbraak van een door de staat gegarandeerd basispensioen veel meer moeite zullen hebben om zelf hun oudedagsvoorziening te regelen. En denk niet dat de verhoging naar 67 (minister Kamp wil al naar 68, en de eigentijdse prikkelliberalen van D66 die blijkbaar het eeuwige leven hebben willen nog veel sneller omhoog) een kleinigheid is. Het betekent nu al het opgeven van een toegezegd bedrag van tenminste 10.000, - en in de toekomst nog veel meer. Geld dat door de burger, rijk of arm, eerst verdiend (of gespaard) moet worden.
Tussen al het politieke geknutsel door, en dat is nog veel erger, wordt ook nog aan de grondslag van de AOW gemorreld. Veel eigentijdse partijen vinden dat het arbeidsverleden bij het toekennen van de AOW betrokken moet worden. Dat heeft de schijn van logica en rechtvaardigheid, je moet je pensioen tenslotte eerst zelf 'verdienen'. Maar dit is de grootste valkuil van allemaal. De AOW is er juist voor iedereen die de afgelopen vijftig jaar in Nederland heeft gewoond, ongeacht of hij of zij gewerkt heeft. Dat is de kern van de zaak. Dat betekent dus ook dat een slampamper of dronkelap voor eenzelfde basispensioen in aanmerking komt, domweg omdat hij of zij de eerbiedwaardige leeftijd van 65 heeft gehaald (en wat mij betreft misschien ook omdat dit voor mislukkelingen op zich al een prestatie is en 'een laatste kans' om nog tot het respectabele en keurige deel van de bevolking toe te treden). Ik schrijf die laatste zin tussen haakjes, als terloopse opmerking, maar misschien is dat wel de essentie van de AOW. Nederland bestaat niet alleen uit brave, hardwerkende belastingbetalers (zelfs veel belastingbetalers werken helemaal niet zo hard, maar hebben gewoon het geluk van een aantrekkelijke goedbetaalde baan met goudgerande arbeidsvoorwaarden), maar - in toenemende mate - ook uit mensen die verder overal buiten vallen, ook de reguliere arbeidsmarkt, soms hun hele leven lang. Die horen er ook bij en moeten op hun oude dag in elk geval worden betaald. En het idee dat ouderen 'net zo' kunnen en moeten worden behandeld (en geprikkeld en gecontroleerd) als jongeren is mensonterend. Jongeren kunnen aan betutteling nog ontsnappen, ouderen niet. Hun wereld wordt uiteindelijk altijd ingeperkt, hun horizon verdwijnt. Bedenk daarbij dat jongeren wel ouder worden, maar ouderen niet jonger. Het vooruitzicht op een door de overheid gegarandeerd basispensioen op 65 jaar is daarom een groot goed voor iedereen. Er is niks gewonnen, en zeker niks 'gemoderniseerd', door dat los te laten, ook al zien veel kortzichtige machohervormers die de Nederlandse economie 'bij de tijd' willen brengen dat als een achterhoedegevecht.