Laten we verdrinken in stijl.
Naar het schijnt gaat de Westerse wereld naar de maan. Figuurlijk, want de laatste mens stond in 1972 op het maanoppervlak. Voor de doemdenkers spreekt dat natuurlijk boekdelen: meer dan veertig jaar geleden begon onze onherroepelijke teruggang. Onze ondergang is dan ook, zo begrijp ik, een historische noodzakelijkheid. Toegegeven, het verleden is rijk aan beschavingen die zich prachtig laten beschrijven in organicistische metaforen van bloei en dood, maar de conclusie van onze noodzakelijke ondergang, volgt daaruit niet noodzakelijk. Enfin, dit zijn geen thema's om grondig uit te diepen in een column, of überhaupt op internet.
Waar we het wel over kunnen hebben, zijn de ondergangsadepten. Dikke kans dat zij deel uitmaken van uw leven - en daarom moet u leren met hen om te gaan. De stijlvolste manier om dat te doen is door in de ogen van de doemdenkers viool te spelen op het dek van de zinkende Titanic. U gaat tenminste beschaafd ten onder, terwijl de pessimisten u in verwondering aanstaren over uw onbewogenheid. Maar denk aan de beroemde juwelier Harry Winston: 'People wil stare. Make it worth their while.'
Aangezien het op de Titanic vrij koud was, is het belangrijk dat u warm gekleed de late strijkkwartetten van Beethoven speelt. Daarom moeten we het even hebben over jassen. Jassen draagt u in de winter, nooit in de zomer. Dat is geen etiquetteregel, maar een persoonlijke voorkeur. In de zomer draagt u namelijk jasjes, gevoerd of ongevoerd, afhankelijk van de temperatuur. Niets zegt beter dat het leven niet helemaal is uitgepakt zoals gehoopt, dan een dun windjack onder de zomerzon.
Hoe kiest u de juiste jas? Een viertal handvatten:
1) U moet nooit bezuinigen op een goede jas. Niet vanwege kou, mekker mekker en de hel van '63, maar omdat u anders om de twee jaar een nieuwe kunt kopen. Zodat u altijd in budgetverwarming rondloopt, voor hetzelfde geld als iemand die zo verstandig is om eens in de tien jaar vijfhonderd euro uit te geven en er dus prachtig bijloopt.
2) De kleurkeuze is kinderlijk eenvoudig. Of u gaat voor dandy en heeft iets heel bijzonders, of u kiest uit maar liefst drie kleuren: camel, grijs of donkerblauw. Die zijn namelijk het makkelijkst te combineren met andere kleuren en leiden de aandacht niet af. Donkerbruin is een twijfelgeval, maar geen veilige keuze, hetzelfde geldt voor donkergroen.
3) Lengte en pasvorm, doorgaans moeilijker voor de Hollandsche man dan een paar strofen Latijn naar Grieks vertalen. Een beetje jas komt bij voorkeur tot net boven uw knie. Halverwege het dijbeen kan ook, maar vind ik wat kort. Tot op uw enkels is te lang; das war einmal. Tenzij u die woorden Duits nog geleerd heeft van de bezetter. Dan pasvorm: een jas moet ook gewoon passen. Punt. Tentvakanties zijn zomers tijdverdrijf.
4) Stoffen. Uit bovenstaande zult u wel hebben opgemaakt dat een gewatteerde jas (vaak extrasjiek uitgevoerd met een op gruwelijke wijze vermoord dier) niet echt tot de mogelijkheden behoort. We denken aan een klassieke jas van wol. Neem mooie kwaliteit wol, merino bijvoorbeeld, of alpaca als u meer wilt uitgeven. En als u ook dit eenvoudig wilt houden: kies voor kasjmier en u wilt niets anders meer.