Sille Jansen, directrice Meldpunt Discriminatie Internet Als vaste lezer van de Dagelijkse Standaard zal het voor u geen nieuws zijn wanneer ik de vrijheid van meningsuiting zeer belangrijk noem. Misschien is het zelfs wel de vrijheid der vrijheden. De zogenaamde opiniedelicten moeten volgens mij dan ook zo snel mogelijk uit het Wetboek van Strafrecht worden verwijderd. De redenen daarvoor heb ik al in talloze stukjes op deze site gegeven.
Toen de Arabisch-Europese Liga (AEL) onlangs werd veroordeeld wegens het publiceren van een cartoon waarin de Holocaust in twijfel werd getrokken, schreef ik dan ook dat ik het betreurde dat de vrijheid van meningsuiting wederom
averij had opgelopen. Ook op andere websites - bijvoorbeeld
De Jaap,
Elsevier en
TheRealShowstopper - werd de vervolging/uitspraak negatief becommentarieerd. De algemene strekking van die stukken is dat de vrijheid van meningsuiting voor ieder individu geldt. Dat gaat dus van Hans Janmaat naar imam El Moumni, terug naar Geert Wilders om weer uit te komen bij de AEL.
Met dit in het achterhoofd wil ik u voorstellen aan mevrouw Sille Jansen, directrice Meldpunt Discriminatie Internet. Je zou denken dat je als directeur van zo'n meldpunt op de hoogte bent van het reilen en zijlen in de Nederlandse blogosphere. Niets is echter minder waar. Hoe is het anders mogelijk dat Jansen in een
opiniestuk over de veroordeling van de AEL het volgende schrijft:
Wat echter wel wonderlijk is, is dat deze inperking van de vrijheid van meningsuiting onweersproken bleef. Waar in andere gevallen, zoals in de zaak tegen cartoonist Gregorius Nekschot de zelfbenoemde strijders voor de vrijheid van meningsuiting op de barricades staan, gaf bij de veroordeling van de AEL niemand een kik.
Dat dit ver bezijden de waarheid is, moge duidelijk zijn. Waarom schrijft Jansen dan toch zoiets? Onwetendheid? Helaas wordt Jansens trieste motief verderop in het stuk geheel duidelijk:
In het geval van Nekschot gaat het om een autochtone cartoonist die tekeningen maakt die strafbaar zijn omdat zij beledigend zijn voor onder anderen moslims. Bij de veroordeling van de AEL gaat het om een Arabische organisatie die Joden beledigt. Het recht behandelt de vrijheid van meningsuiting voor Nekschot en de AEL gelijk, zoals het hoort. De strijders voor de absolute vrijheid van meningsuiting doen dat niet. Voor hen is de vrijheid van Nekschot beschermingswaardiger dan die van de AEL.
U leest het goed. Jansen leidt uit het niet-bestaande stilzwijgen van 'de strijders voor de absolute vrijheid van meningsuiting' af dat die groep er een een racistische agenda op na houdt. Arabieren zouden minder recht hebben op de vrijheid van meningsuiting dan autochtonen.
Dat is nogal een aantijging. Een aantijging die Jansen - niet geheel verrassend - wel heel goed uitkomt. Het MDI heeft namelijk niet zoveel op met die vermaledijde 'strijders voor de absolute vrijheid van meningsuiting.' Zij beschermen zelfs het recht op vrijheid van meningsuiting van een 'racist' als Geert Wilders! Dat die groep zelf uit racisten bestaat, verklaart dan eenvoudig weg alles.