VVD-europarlementariër Hans van Baalen vreest dat het meldpunt van de PVV voor overlast van Oost-Europeanen schadelijk is voor het Nederlandse bedrijfsleven. Onderschat wordt hoe groot de boosheid in het Europees parlement hierover is (zie
Elsevier). De PVV zou volgens Van Baalen met vuur spelen. De VVD'er roept ook nog eens de commotie rond het filmpje
Fitna in herinnering, toen de Haagse diplomatie al voor het via internet in omloop was gebracht een operatie
damage control in de Arabische wereld had opgezet.
Dat hele gedoe rond Fitna is alweer van enige jaren geleden, toen Geert nog grotendeels als een eenling opereerde en niet zo'n grote kamerfractie leidde. Mijns inziens reageerde de Haagse diplomatie toen overbezorgd, en het filmpje bezorgde mij wel degelijk de rillingen, ook omdat het geheel was samengesteld uit beelden die in de moslimwereld zelf de ronde deden. Zo onnozel was het dus niet. Ook de overlast die Oost-Europeanen in sommige Nederlandse gemeenten bezorgen, zal best reëel zijn, maar lijkt mij van een andere orde. Niet alleen is hier geen dreiging van terreur of van een heilige oorlog, maar met landen als Polen, de Baltische staten, Roemenië en Bulgarije zitten we ook in de EU. Nederlandse bedrijven en burgers huren zelf Polen en andere Oost-Europeanen als klussers in, omdat ze hard werken en goedkoper zijn dan seizoenarbeiders of 'zwarte' klusjesmannen van eigen bodem (die ook wat discipline en beschaving betreft te wensen overlaten). Frits Bolkestein, die als EU-commissaris zijn eigen Polenkwestie had, geeft er nog steeds de voorkeur aan. Hij vond de Oost-Europeanen een stuk beter dan de lokalen in Noord-Frankrijk die voor werkzaamheden aan zijn tweede huis niet thuis gaven.
Van Baalen en Bolkestein stellen zich heel Nederlands op. Zij bezien de EU door een economische bril en benadrukken de belangen van het bedrijfsleven. Daarmee verschillen ze niet eens zoveel van de PVV, die ook graag in kosten en baten redeneert en vorige week nog in het nieuws was met een in haar opdracht uitgevoerd onderzoek naar de herinvoering van de gulden. Dat die stap door het Britse onderzoeksbureau op economische gronden ook werd aanbevolen, verbaasde niemand. Nederlanders, eurosceptisch of niet, begrijpen heel goed dat WC-eend altijd WC-eend adviseert. Maar omdat Nederlanders in dit soort zaken ook zeer pragmatisch zijn, ziet
een ruime meerderheid weinig in een terugkeer naar de gulden. De euro wordt als
fact of life gezien, en afschaffing ervan zou de horeca een nieuwe kans geven om bij het omrekenen z'n slag te slaan. Zo gezien zou er zelfs bij de VVD een nieuwe Jozias van Aartsen kunnen opstaan die over deze kwestie een referendum aandurft. Want zoiets abstracts als een Europese Grondwet afwijzen is makkelijk. Dat wordt moeilijker als het zich heel concreet naar een centenkwestie laat vertalen. We weten hoe makkelijk je bij dat omrekenen genept kan worden, dat doen we niet nog een keer. Ezels stoten zich ook niet graag aan dezelfde steen!
Vraag is natuurlijk of dat met die nieuwe Oost-Europese landen ook zo gaat. Mentaal moeten we nog aan ze wennen, en dat zij ons in plaats van wij hen de les zouden kunnen gaan lezen komt nog bij niemand op. Maar in het Europees parlement, waar vooral de Oost-Europese parlementsleden net als bij ons de PVV een sterke profileringsbehoefte hebben omdat ook zij nieuwkomers zijn, ligt dat anders. Daar grijpen ze zo'n PVV-meldpunt voor Polen en andere MOE-landen dankbaar aan om te laten zien dat die moreel superieure Nederlanders helemaal niet zo moreel superieur zijn. Het Europees parlement wil
donderdag zelfs een motie aannemen om premier Rutte te bewegen afstand te nemen van het PVV-meldpunt (Van Baalen is tegen zulke Europese ketelmuziek waarin lidstaten de les wordt gelezen). Niet dat Henk en Ingrid daar wakker van liggen, maar als onze export op het spel staat zijn er snel genoeg ondernemers die vinden dat Geert met zijn anti-EU-gedoe een toontje lager moet zingen. Nederland heeft in het buitenland een goede naam, en die moet je geen schade berokkenen door onnodig zeiken, zieken en zeuren tegenover volken met wie we nog zaken moeten doen.
Lange tijd heeft een grote meerderheid van de Nederlanders onverschillig tegenover Europa gestaan, waarna er sinds het 'nee' tegen de Europese Grondwet in 2005 een duidelijke omslag richting euroscepsis plaatsvond. Die euroscepsis is er nog steeds, maar moet niet verward worden met de stemmingmakerij van de PVV tegen de EU. Want die gaat veel verder dan de pragmatische Nederlanders goedvinden, en uiteindelijk zijn ook Henk en Ingrid maar een minderheid. Gek genoeg zou de politisering die de PVV met het vaak doodsaaie onderwerp 'Europa' voorheeft weleens in z'n tegendeel kunnen omslaan, net als in 2005, toen de VVD van Jozias van Aartsen moest ervaren wat een boemerang een pro-Europees standpunt was. Door al het gezeik, geziek en gezeur van de PVV tegen Europa zou de EU, die voor velen ondanks alles toch een fact of life is, wel eens een nieuwe legitimiteit kunnen krijgen. Legitiem is niet iets wat men voor wenselijk houdt, maar iets wat men in het dagelijks leven als normale gang van zaken aanvaardt. Zo gezien is de acceptatie van Europa al een heel eind gevorderd, en dankzij het gestook van de PVV wordt de ruggengraat van hardwerkend Nederland, dat op economische gronden al eeuwen over de eigen grenzen heenkijkt, zich daar ook meer van bewust.