In Frankrijk wordt steeds ongeruster gereageerd op de leidende rol die Duitsland speelt in het bestrijden van de Europese schuldencrisis. President Nicolas Sarkozy wordt door zowel links als extreem rechts bekritiseerd omdat hij zich zou laten inpakken door Angela Merkel, de Duitse bondskanselier, en te onzichtbaar is op het Europese toneel. Volgens zijn socialistische opponent François Hollande is het al "maandenlang Merkel die leidt en Sarkozy die volgt."
De voormalige socialistische presidentskandidaat Arnaud Montebourg beklaagde zich over een "Duits dictaat" en zei te geloven dat de Duitsers erop uit zijn om de eurozone op te breken en zich te verrijken op de "ruïnen" van de overige landen in de muntunie. Het antiglobalistische kamerlid voegde eraan toe dat "Duits nationalisme heropleeft dankzij het Bismarck-achtige beleid van Merkel. Zij stevent af op confrontatie om haar dominantie op te leggen."
Deze overdreven zorgen van de Franse socialisten zijn niet geheel nonsens. Duitsland is sedert de Tweede Wereldoorlog niet zo zelfbewust geweest als vandaag de dag. "De wereld wacht op Duitsland om Europa te redden." Dergelijke krantenkoppen maken een volk snel bewust van de macht die het kent.
De eurocrisis is echter aanleiding niet de oorzaak van een zelfbewuster Duits beleid in de eenentwintigste eeuw. De naoorlogse machtsbalans die tussen Frankrijk en West-Duitsland bestond is al twintig jaar een fictie die door de Duitsers om politieke redenen in stand is gehouden. Als pacifistische Rijnconfederatie was het Atlantisch georiënteerd en groot voorstander van Europese integratie. Deze houding was echter de uitzondering op enkele eeuwen van Duitse strategie die er altijd op gericht was om de Franse invloed, met name in het oosten, te beperken.
Met de annexatie van Oost-Duitsland werd Berlijn wederom de spil waarom Europa draait. De naoorlogse politieke constellatie begon ook te veranderen. De sociaaldemocraten leverden aan zetels in terwijl conservatieven en sindskort nationalisten aan steun wonnen. "Multikulti" heeft afgedaan en betalen voor luie Grieken in de naam van Europese solidariteit is onacceptabel voor de IJzeren Bundeskanzlerin. Haar regering is steeds minder op het Westen gericht, getuige het Duitse "nee" tegen de Atlantische interventie in Libië. De Duitse belangen liggen immers in het oosten.
Centraal- en Oost-Europa zijn eigenlijk onderdeel van de Duitse economie. Noem het Lebensraum in een geglobaliseerde wereld. Met haar krimpende bevolking heeft Duitsland geen behoefte aan land maar gezien de hoge afhankelijkheid van exporten wel degelijk aan afzetmarkten. Het Duitse expansiebeleid van vandaag de dag is niet gericht op territoriumwinst maar op het smeden van economische verbondenheid met het traditionele Duitse achterland.
Verder oostwaarts ligt de bron der Duitse energie. Zeker nu 's lands kerncentrales uitgerangeerd worden zal Duitsland afhankelijker worden van Russische olie en gas. De Nordstream pijpleiding die Russisch gas uit het poolgebied direct naar Duitsland transporteert maakt Berlijn weer minder afhankelijk van transitlanden als Polen die er nauwe banden op nahouden met Frankrijk en de Verenigde Staten.
Polen zal in deze eeuw net als zovaak in haar verleden het geval is geweest een spilbal worden tussen de continentale, Euraziatische mogendheden Duitsland en Rusland enerzijds en de zeemachten, ook Zweden, anderzijds. Die laatste zien de Duits-Russische toenadering terecht als een bedreiging. Als een enkel machtsblok erin slaagt om het continent van de Lage Landen tot aan Vladivostok te domineren is dat een supermacht die met recht kan dromen van een duizendjarig bestaan.