Wilders noch Dijsselbloem.
Zondag werden de politici van het jaar bekend gemaakt. De pers koos voor minister van Financiën Dijsselbloem en het publiek koos PVV-leider Wilders. Jongeren (12 tot 24 jaar) zagen het meest in Alexander Pechtold. Het zijn grappige verkiezingen, die op humoristische wijze tegenintuïtieve filosofische ideeën onderbouwen; Berkeleys 'esse est percipi' (zijn is waargenomen worden) krijgt ineens een air van plausibiliteit. De politici zijn hun zorgvuldig opgebouwde imago.
Voor de goede orde: goedgeklede politici zijn veel relevanter dan goede politici. De strakbepakte heren bewindslieden hebben namelijk echte invloed; ze medebepalen hoe mannen zich kleden. De hooggeleerde heer P - moge hij rusten in vrede - bracht menig Neerlands man ertoe om belachelijk geknoopte dassen te dragen. Wat de meester met een das van Borelli kon, was niet iedere makelaar gegeven met een stukje doorsnee zijde. Maar zonder cynisme: de Nederlandse man realiseerde zich ineens dat een dandyeske detail niet alleen maar gekkigheid voor homo's is.
Nu we weer een soort paars kabinet hebben, kunnen we een mooie vergelijking trekken tussen de twee tijdperken. Gerrit Zalm droeg drieknoops lijkzakken alsof zijn leven ervan afhing, zijn evenknie Dijsselbloem kiest, net als de meesten van zijn generatie, voor tweeknoopspakken die daadwerkelijk passen. Samsom en Rutte gaan beiden naar Oger om zich een passend pak te laten aanmeten, terwijl Wim Kok gerust op de bordesfoto ging met accordeonpijpen.
Maar zowel Dijsselbloem, Samsom en Rutte zouden alledrie ook accountants kunnen zijn. Hun pak voldoet aan de belangrijkste voorwaarde - pasvorm - maar daarmee is alles gezegd. Echt slank gesneden zijn ze niet, veeleer symfonieën in grijs, zonder speelse of uitdagende details. Al krijgt Rutte een extra punt voor zijn hemden met ogenschijnlijk ongeplakte boorden, waardoor ze natuurlijk afglijden van hals op schouder.
Toch is het goed mogelijk meer frivole details te dragen die bijna geen hond ziet. De bestgeklede politicus van Nederland, heeft die kunst verfijnd. Zijn dassen kunnen beter gestrikt en de kleuren kunnen sprekender, maar hij wekt tenminste de indruk met zorg iets uitgekozen te hebben. Hij draagt tabboorden, is niet vies van een kleurig zoompje om de knoopsgaten van zijn 'working buttons', houdt van paspakken en verbergt zich zo nu en dan onder een hoed. Het is de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.
Weten we ook weer dat we nog een wereld te winnen hebben.