Rekenmeesters komen met opvallend PvdA-vriendelijke aanbevelingen.
Tijdens een van de debatten van de vorige verkiezingscyclus verwees VVD-leider Rutte openlijk naar het PvdA-lidmaatschap van CPB-directeur Coen Teulings. Het was ongetwijfeld een uiting van frustratie. De rekenmeesters van het CPB hebben in het politieke debat een min of meer onaantastbare positie. De partij die zijn verkiezingsprogramma niet aan hun oordeel wenst te onderwerpen wordt door het journaille niet helemaal serieus genomen. Na elke politieke onderhandelingsronde moet bovendien worden gewacht op de 'koopkrachtplaatjes' van het Bureau voordat een oordeel mag worden geveld over de politieke haalbaarheid van de afgesproken maatregelen. Tegelijkertijd bestaat er op rechts weinig twijfel over dat het CPB een ingebouwde voorkeur voor links beleid heeft. Dominant is het CPB dus wel, maar onafhankelijk?
In zijn Volkskrantcolumn van vandaag verwijst voormalig PvdA-partijleider
Wouter Bos naar een incident dat zou hebben plaatsgevonden tijdens de vorige formatie. Toen DNB-man Lex Hoogduin verzuimde het van de centrale bank verwachte weerwerk te geven tegen de bezuinigingssceptische beschouwingen van CPB-directeur Coen Teulings zou Rutte daarover zo boos zijn geworden dat hij vervolgens persoonlijk de benoeming van Hoogduin tot opvolger van Nout Wellink zou hebben geblokkeerd. Wat daar van waar is, zal voorlopig wel onduidelijk blijven. Helder is wel dat het CPB onder Teulings niet aanrzelt zich lijnrecht op te stellen tegenover het rechtse kabinet Rutte als het om het onderwerp bezuinigen gaat.
Vorige week verscheen een rapport dat de verhoudingen op dat punt opnieuw op scherp kan zetten. De publicatie, getitel '
Nadere Analyse van houdbaarheidswinst en saldodoelstellingen voor de komende kabinetsperiode', opent vriendelijk genoeg. Het zogeheten houdbaarheidstekort - de bezuinigingen die nodig zijn om de overheidsfinancien op termijn niet te laten ontsporen door de vergrijzing - is, zo stellen de rekenmeesters vast, onder Rutte-I nadrukkelijk gedaald:
Het beleid van het kabinet Rutte-Verhagen en de plannen opgenomen in het begrotingsakkoord 2013 leiden tot een verbetering van het houdbaarheidssaldo van 5,9% bbp.
De auteurs zijn echter niet gekomen om bezuinigingsbeleid te prijzen, maar om het te begraven. Ik zal u het ambtenarenproza besparen. Wouter Bos vat de aanbevelingen van het rapport enigszins leesbaar alsvolgt samen:
[Om] de overheidsfinanciën voor de langere termijn houdbaar te maken hoeft in 2017 maar 2 miljard bezuinigd te worden mits er nog 5 miljard in latere jaren volgt ten gevolge van hervormingen (bijvoorbeeld op de woningmarkt). 2 miljard! Dat is een factor 10 lager dan de 20 miljard van de Studiegroep!
De boodschap van het CPB is duidelijk: partijen die claimen dat er ook op termijn nog fors ingegrepen zal moeten worden om betaalbaarheid van alle verzorgingsstaatarrangementen te kunnen garanderen, zitten er fors naast.
Nu is het op zich niet ongebruikelijk dat het CPB zich in het politieke debat manifesteert als een bastion van bezuinigingsscepsis. De timing van deze aanvullende notitie is echter wel opmerkelijk. Middenin een verkiezingscampagne waarin het thema 'bezuinigen versus extra overheidsbestedingen' ongetwijfeld dominant gaat worden, komt het CPB met een verklaring die de verhoudingen danig kan verscherpen. Blijkbaar was Teulings zo geschrokken van zijn eigen stevige woorden van begin vorige week - woorden die
alom werden opgevat als een waarschuwing aan alle partijen om vooral niet te vroeg op te houden met bezuigingen - dat hij de noodzaak voelde om met een aanvullende verklaring te komen. Of was het zachte politieke dwang van zijn partijgenoot Samsom om met een voor de campagnetijd bruikbaarder verklaring te komen die hem tot publicatie van dit tweede rapport bewoog? Het feit dat deze tweede, vooralsnog onopgemerkte verklaring, nu door PvdA-man Bos naar buiten wordt gebracht als het definitieve CPB-standpunt helpt bepaald niet om de indruk weg te nemen dat het hier om een sociaaldemocratisch opzetje ging. Het lijkt hoe dan ook voor de hand liggen dat we van dit tweede rapport de komende maanden nog wel meer zullen horen - vooral van de PvdA. Of de reputatie van het CPB als onafhankelijk instituut daarmee geholpen is, is een open vraag.