Het ziet ernaar uit dat Donald Trump afstevent op een nederlaag na een aantal lange dagen en nachten voor het Amerikaanse volk. Toch hadden de peilingen een heel ander resultaat verwacht. En het verkeerd voorspellen zoals dit jaar is niet eens de uitzondering; voorbeelden hiervan zijn het Britse referendum over het EU-lidmaatschap in 2016, de Britse verkiezingen in 2015 en de Franse presidentsverkiezingen in 2017. Op het eerste gezicht was het een verloren wedstrijd. Donald Trump stond achter in tal van gerenommeerde peilingen, terwijl
Joe Biden gemakkelijk de 50% aantikte in diezelfde peilingen. Op verkiezingsnacht, en de dagen daarna, bleek de Republikein beter te presteren dan verwacht. In sommige staten, zoals Wisconsin en Michigan, bedroeg het verschil tussen peilingen en daadwerkelijke stemmen meer dan tien procentpunten, wat aangaf dat peilingen er enorm naast zaten – met alle gevolgen van dien.
Logischerwijs vermindert een peiling die een overweldigende overwinning aantoont voor een partij de opkomst voor de andere partij. Waarom immers stemmen als de verkiezingsuitslag toch al vaststaat? Daarnaast beïnvloeden peilingen niet alleen de opkomst, maar ook hoe individuen stemmen, zo leert het Bandwagon-effect ons.
Van belang is daarom dat peilingen enigszins accuraat en representatief zijn, omdat het anders de opkomst en de stemvoorkeur significant beïnvloedt. De peilingen van dit jaar waren echter allesbehalve accuraat en representatief. In zekere zin was dit een aanval op de Amerikaanse democratie – en toch spreekt men daar niet over.
Er werd gesproken over Russische invloeden, hulp uit Oekraïne en vermeende banden met China, die allemaal de uitslag van de verkiezingen zouden doen beïnvloeden, maar over de meeste relevante factor voor de verkiezingsuitslag, de peilingen, werd niet gesproken.
De situatie is tekenend voor hoe de peilingenindustrie functioneert. Statistici die de peilingen hebben uitgevoerd, worden niet geacht verantwoording af te leggen. In elke sector van het bedrijfsleven en zelfs in de politiek is zoiets veroorzaken onacceptabel, behalve in deze industrie omdat de vermeende uitslagen in het voordeel werken van de ideologische referentiekaders van CNN en MSNBC.
Daarom is federale wetgeving nodig om deze manipulatie van kiezers tegen te gaan. Het Amerikaanse systeem voorziet in het beschermen van de verkiezingen tegen buitenlandse krachten, zo laten alle rapporten omtrent Russische beïnvloeding in 2016 ons zien, dus zou het beschermen tegen binnenlandse krachten niet eens een radicaal voorstel zijn.
Verkiezingen moeten losstaan van externe factoren die de potentiële en daadwerkelijke stemmen van miljoenen Amerikanen ondermijnen. Want alleen zo wordt het vertrouwen in de democratische rechtstaat gewaarborgd.
Bron afbeelding: Eric Glenn / Shutterstock