Er waren twee opties bij het laatste referendum dat we ooit in ons land hebben gehad. Óf de volksvertegenwoordiging deed iets met de raad van het volk óf de volksvertegenwoordiging liet luid en duidelijk zien schijt te hebben aan het volk. Allebei noemden wij van Geenpeil dat winst. De democratie zou een beetje worden hersteld of het masker van politici zou afvallen door lak te tonen aan de demos. Het werd het laatste en ik betwijfel nu of dat eigenlijk wel winst is geweest. Het heeft in ieder geval mijn kijk op de Vaderlandse politiek ernstig cynisch gemaakt.
En als het niet cynischer kan wordt nu het raadgevend referendum door het aanstaande kabinet Rutte III afgeschaft. Want zelfs een raadgevend en dus niet bindend referendum is een doorn in het oog van onze politieke elite. Dat wij, hun werkgever, ons willen bemoeien met de koers van ons land moet maar eens ophouden. Zoals ik wel vaker heb beschreven is het volk alleen maar een lastige hindernis waar politici van gruwen. Eens in de vier jaar een verkiezing waar alles wordt beloofd en de dag erna niks van wordt nagekomen is meer dan genoeg bemoeienis. Verder graag kophouden en belasting betalen.
En eigenlijk mogen we daar niet eens over zeuren. Als je ziet dat alleen de SP, de PVV, Forum en VNL echte voorstanders van
referenda waren bij de laatste verkiezingen en door die partijen er, na de blamage van afgelopen referendum, nauwelijks zetels zijn gewonnen.
Nederland wil simpelweg liever partijen die lak hebben aan directe democratie. Van de de coalitiepartijen hebben de VVD, het CDA en de Christenunie een uitgesproken hekel aan volksraadplegingen en daar kwam deze week, zogenaamd als een duveltje uit een doosje,
D66 bij. De partij die ooit werd opgericht voor bestuurlijke vernieuwingen zoals referenda.
Oprichter Hans van Mierlo ligt al jaren te tollen in zijn graf. De beste man zou
Alexander Pechtold stevig de oren wassen als hij nog had geleefd. De positie van de Democraten is namelijk uiterst antidemocratisch geworden onder leiding van de vrolijke veilingmeester met het kraken van het raadgevend referendum als hoogtepunt. D66 is van een partij die meer invloed van de bevolking op het bestuurlijke proces wilde
verworden tot de fanatiekste aanhanger van het ondemocratische moloch in Brussel. De liefde voor de Europese Unie is zo groot dat alle kroonjuwelen de hofvijver in zijn gekieperd.
Maar dat moet geen verrassing zijn. Bij het referendum over het associatieverdrag met Oekraïne liet Pechtold al zijn ware aard zien. Met man en macht probeerde D66 alle internationale verdragen, lees EU, uit het raadgevend referendum te halen. Het volk mocht best een keer hun mening geven over grindpaden en softijs, maar over de Europese Unie moesten ze vooral geen advies geven. Dat heeft natuurlijk alles te maken met het eerste referendum in ons land, in 2005, over de Europese Grondwet. Ook toen werd er massaal nee gestemd, ook toen deed Den Haag niets met dat advies.
Deze keer was de vraag te moeilijk, de bevolking niet goed geïnformeerd, de keuze te lastig en men zou om verkeerde redenen gaan stemmen. Alles werd uit de kast gehaald door Pechtold om te voorkomen dat het Oekraïnereferendum zou plaatsvinden. Toen dat niet lukte draaide hij het alsnog de nek om door de uitslag niet te respecteren. Dat was het einde van de directe democratie in ons land en de wil van bestuurlijke vernieuwingen bij D66. Her raadgevend referendum zal niet sterven door toedoen van Rutte III, het is al vermoord nadat de uitslag zelfs door D66 niet werd gerespecteerd.