Column Jan Roos: 'Beste politie, FOEI zeg je tegen een drukke hond, niet tegen verkrachters van jonge meisjes!'

Geen categorie23 aug 2019, 12:00
Jan Roos' haren gingen deze week overeind staan vanwege het akelige bericht dat de politie onder handhaving verstaat dat je verkrachters en slachtoffers samen om de tafel moet zetten om de boel op te lossen. In zijn column trekt Jan fel van leer tegen die onzin: "Foei zeg je tegen een te drukke hond. Niet tegen de man die jouw kind voor het leven lichamelijk en psychisch heeft verminkt."
Ondanks dat ik een strafblad heb wegens het uitdelen van een afwerende beweging (nadat ik werd aangevallen door een 16-jarige kickbokser met zijn volwassen vriendjes), geloof ik heilig in de wet. Zonder wet- en regelgeving wordt het een puinhoop. Het stikt namelijk van mensen die zelf geen grens kunnen trekken, dus is het goed dat de overheid dat voor hen doet. Maar wat als het straffen voor die overtredingen niet meer gelijk staan aan de delicten? Wat gebeurt er als er geen boetedoening meer is ten aanzien van het slachtoffer en de maatschappij? Dan creëer je precies het soort samenleving dat zonder de wet zou bestaan: namelijk eentje waar eigenrichting als optie wordt gezien.
Twee zaken uit het nieuws van deze week deden mijn hart ineen krimpen. Een man uit Zeist reed dronken en stoned een grietje van 21 jaar dood en meldde zich pas 24 uur later bij de politie. Hij krijgt drie maanden gevangenisstraf. Dus moet hij er maar twee uitzitten, minus voorarrest. De kans dat hij na vier weken weer op straat staat wegens goed gedrag is dus groot. Je zal de vader van dat meisje maar zijn. Jouw dochter dood, en de dader nauwelijks bestraft. De verhouding daad en boetedoening staat geheel niet in evenwicht. Als je jouw dochter kwijt bent en de man die dat gedaan heeft loopt weer gezellig rond, wat doe je dan?
Het kan nog erger. Omdat de politie het nogal druk heeft met andere dingen en justitie bezig is met een soort maatschappelijk werk door daders te knuffelen kunnen sommige zaken niet behandeld worden en moeten slachtoffer en dader maar gewoon even om tafel. Dan zou je denken dat het hier gaat om een burenruzie over een heg die over de erfgrens is gegroeid of twee volwassen mannen die in een kroeg elkaar een tik hebben verkocht. Niets is minder waar. Ouders van een verkracht meisje werd een FOEI-gesprek aangeboden met haar verkrachter. Alleen de naam al. Foei zeg je tegen een te drukke hond. Niet tegen de man die jouw kind voor het leven lichamelijk en psychisch heeft verminkt. Een gesprekje met de man die jouw dochter heeft verkracht omdat het een beetje druk is in de rechtbank. En dan denken dat we nog in een rechtsstaat leven.
Ik had van dat FOEI-gesprek een DOEI-gesprek gemaakt. De man die mijn dochter verkracht komt namelijk niet voor de rechter als die al tijd heeft om van de dader een slachtoffer te maken. Van de verkrachter van mijn dochter maak ik eigenhandig een legpuzzel. Niets zal van hem heel blijven. Ik zie de daaropvolgende rechtszaak met vertrouwen te gemoed.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten