De gevolgen van de onbesuisde bezuinigingen op defensie beginnen contour te krijgen, en het is geen prettig aangezicht. Kazernes die sluiten, 12.000 man op straat, en een krijgsmacht die straks niet eens meer in staat is om haar taken uit te voeren. En horen we er iemand over? Nee. Het land blijft stil.
Te gek voor woorden, eigenlijk. Zodra er bezuinigd wordt op het hobbyisme van zwaar gesubsidieerde belangenclubs met een kunstzinnige of groene boodschap staat salonsocialistisch Nederland op de achterste poten. Maar waar is het afgrijzen als we onze nationale veiligheid bij het grofvuil zetten? Is dat niet ontelbare malen belangrijker?
Minister Hillen maakt hier de grootste blunder die dit kabinet in de plannen heeft staan, een fout die hen (maak ook alle andere Nederlanders) nog lang zal heugen, en niemand die hem daarbij een strobreed in de weg legt. Vergeet de praatjes dat ons kleine land geen leger nodig heeft: dat hebben we wél. Dromen over vergevorderde Europese samenwerking zijn mooi, maar het zal er niet snel van komen.
Zeker, we moeten ons richten op afstemming met Duitsland, België, Denemarken en Groot-Brittannië op gebied van defensie. Door specialisatie, wederzijdse ondersteuning en gerichte rollenverdeling bij militaire operaties kunnen we enorme winsten boeken (winsten die het grootste deel van de huidige bezuinigingen overbodig maken). Maar het zal jaren zo niet decennia duren voordat dergelijke plannen de investering terugwinnen. Tot die tijd moeten we zorg dragen voor onze eigen landsverdediging.
Met een uitgeklede krijgsmacht is dat niet mogelijk. Laat het dus buiten kijf staan: de bezuinigingen op defensie moeten geschrapt worden. Elimineer een flinke bak met subsidies en we halen dezelfde besparing, zonder de verschrikkelijke gevolgen die nu in het verschiet liggen.
Is het dan helemáál niet nodig om aan te pakken bij Defensie? Integendeel: er zijn best wel wat hervorming te bedenken, en niet elke besparing is taboe. Maar de huidige plannen gaan veel te ver. Bovendien is er een alternatief voor bezuiniging, en Hillen noemt het potentieel voor dat alternatief nota bene zélf:
Mijn telefoon staat roodgloeiend. En dan niet alleen met mensen die boos zijn over de bezuinigingen. Ik krijg talloze telefoontjes van multinationals als Shell, maar ook van de NS, van ziekenhuizen en van kleinere ondernemingen die staan te springen om onze mensen. Mensen van Defensie zijn goud waard op de arbeidsmarkt.
Natuurlijk zijn ze dat. Oliebedrijven willen niet alleen de logistieke toptalenten van Defensie overnemen, ze hebben ook behoefte aan ex-soldaten die meevaren op hun olietankers, om te bewaken tegen piraten. Waarom maakt Hillen geen gebruik van de vraag naar dergelijke diensten?
De overheid weigert mariniers mee te sturen op Nederlandse olietankers, omdat men eigenlijk vindt dat de baten niet opwegen tegen de kosten. Maar wat als we de eigenaars van die tankers er voor laten betalen? Wat als we onze mariniers uithuren om te verdedigen tegen bedreigingen? Er zijn al talloze marktpartijen die defensietaken verrichten. Defensie kan probleemloos het omgekeerde doen.
Het is dan niet de bedoeling dat we onze krijgsmacht als huurlingen aanbieden, als vechters voor de hoogste bieder, maar wat is er mis met het inzetten van onze soldaten tegen betaling? Degene die profiteert van de bescherming, betaalt er dan ook voor. Zo maakt de staat geen kosten, en blijft onze krijgsmacht met gemak betaalbaar. Minister Hillen, denk er eens over na!