Omdat ze het Maagdenhuis hebben ontruimd. De kritiek op het college van bestuur van de Universiteit van Amsterdam neemt verder toe. Een brief van docenten waarin om het vertrek van het bestuur wordt gevraagd, is inmiddels door ruim 200 medewerkers ondertekend. Volgens de UvA zijn er in totaal zo'n 5500 wetenschappelijke medewerkers aan de universiteit. Het arme bestuur had weet ik hoelang te maken met losgeslagen
studenten die het Maagdenhuis bezetten en allerlei idiote dingen eisten. Na dit een tijdlang te hebben aangekeken besloot men uiteindelijk om, met behulp van de ME, in te grijpen.
Het was een volstrekt normale actie die iedere andere universiteit ook zou laten uitvoeren. Je kunt het immers niet laten gebeuren dat anarchistische studenten je hele onderwijsinstelling in gijzeling houden. Dat kan gewoon niet.
Blijkbaar denken de medewerkers van de UvA daar helaas anders over. Zij vinden dat het bestuur een andere oplossing had moeten bedenken, blijkbaar één waarbij de demonstrerende studenten met fluwelen handschoenen werden aangepakt. Leuk, maar die leken daar zelf niets voor te voelen; zij lieten elke handreiking van de universiteit langs zich heengaan.
Eén van de initiatiefnemers, Olav Velthuis, geeft dat ook deels toe, maar voegt er vervolgens toch een sneer naar zijn werkgever aan toe:
"Ik waardeer het echt dat ze de bezetters zes weken in het Maagdenhuis hebben laten zitten, petje af daarvoor. Maar wij vinden het echt onbegrijpelijk dat ze hen er op zo'n manier hebben laten uitzetten terwijl ze tot maandag hadden kunnen wachten."
Nee Olav, dat is helemaal niet onbegrijpelijk. Op een gegeven moment is het geduld van het bestuur op en wordt er ingegrepen. Als de studenten dat wilden voorkomen hadden ze het Maagdenhuis al lang zelf kunnen ontruimen; dat zou ze alleen maar sympathie hebben opgeleverd, zowel van het bestuur als van de rest van Nederland.
Overigens geven Olav en zijn collega's studenten op deze manier natuurlijk ook nog eens het verkeerde voorbeeld. Die studenten moeten leren om respect voor autoriteit te hebben en hun doelen op een normale manier na te streven. Nu denken ze nog dat ze gelijk hadden ook en dat ze oneerlijk behandeld zijn door het universiteitsbestuur, terwijl dat de grootst mogelijke onzin is.
Het is te hopen dat de ouders van de studenten op iets andere wijze reageren en hun kinderen wél ter verantwoording roepen.