"Ik ben door de omgang met asielzoekers rechtser geworden," aldus Lian Priemus.
Lian Priemus is al vele jaren een asielactiviste. Ook tegenwoordig zet ze zich in voor (de opvang van) asielzoekers in Amsterdam-Oost. Gezien haar werkzaamheden zou je er bijna vanuit gaan dat ze helemaal niets met de immigratiekritische PVV heeft. Nou, niets is minder waar. Juist door haar werk met 'vluchtelingen' is Lian "rechtser geworden," zegt ze zelf.
Sterker nog, ze deelt de analyse van de PVV met betrekking tot het immigratieprobleem. Het gaat, zegt ze, inderdaad helemaal niet goed en ja, daar moet iets aan gebeuren:
"Ik begrijp de PVV-kiezer. Mensen die zeggen dat het allemaal wel goed komt met de vluchtelingen, hebben gewoon ongelijk. Integratie gaat niet vanzelf. Ik zit er met m'n neus bovenop en het gaat nog moeizamer dan ik dacht."
Wat zal Trouw, de politiekcorrecte krant die het interview met haar publiceerde, het vreselijk hebben gevonden toen ze dat zei. 'Shit, moeten we dat nou echt afdrukken?' Je hoort de redactie het bijna denken.
Maar goed, credit where credit is due: ze zijn er wel degelijk mee aan de haal gegaan. Een heleboel andere media kunnen daar iets van leren.
Priemus legt uit dat ze zich steeds meer zorgen begint te maken over de gebrekkige integratie van, met name, vluchtelingen uit Syrië. Het zal links ongetwijfeld een hartverzakking bezorgen, maar de activiste geeft toe dat de culturele verschillen immens zijn:
"Mannen van wie ik vorig jaar dacht dat ze vooruitstrevend en liberaal waren, blijken toch traditioneler en behoudender te zijn in de omgang met vrouwen. En soms zijn ze zelf ook in de war, doordat zij al een jaar hier zijn en hun familie overkomt die nog niet zo 'aangepast' is."
Zo weigerde een vrouwelijke cultuurverrijker haar (Nederlandse) buurman een hand te schudden. Priemus:
"Ik schrik daar toch van. Net als de manier waarop de jongemannen van negentien, twintig jaar over meisjes praten. Zij begrijpen niet allemaal dat een Nederlands meisje best snel bereid is tot seks. Dat is voor sommigen verwarrend."
De vluchtelingenactiviste geeft zelfs toe dat deze jongens een onderscheid maken tussen moslima's en niet-moslima's:
"Sommige jongens vertellen me dat ze diep in hun hart, hoewel ze respect hebben voor onze vrijheden en er ook van willen genieten, meer respect hebben voor islamitische meisjes. Dat soort dingen lost niet zich vanzelf op."
Met andere woorden:
"Natuurlijk er zitten ook succesverhalen tussen. Maar een grote groep dreigt hier de boot te missen. Er moet echt iets gebeuren."
Is Priemus tegenwoordig dan een keiharde PVV'er pur sang? Nee, dat niet. Ze deelt de analyse van de PVV wat de problemen betreft namelijk wel, maar ze heeft een andere visie op de oplossingen. Die ziet zij zó voor zich:
"ls je wilt dat statushouders onze waarden overnemen, dan moet je ze niet alleen les geven. Je moet ze mee naar huis nemen, omringen, laten zien hoe wij het doen. Een inburgeringscursus is echt niet genoeg."
En:
"Naar de overheid wijzen, is te makkelijk. Juist als je je zorgen maakt, zou je zelf iets kunnen doen. Bemoei je ermee, maak contact, vraag ze te eten."
Met andere woorden, anders dan de PVV heeft ze nog wel geloof in een mogelijke goede uitkomst, maar dan moet er wel meteen opgetreden worden, en niet alleen door de politiek, maar ook door gewone burgers. Ze is dus niet van de 'grenzen dicht,' maar ze draagt ook geen roze bril waardoor ze alleen maar mooie succesverhalen ziet:
"Ik ben niet naïef, ik geloof niet dat wij zonder meer in staat zijn om vluchtelingen in de samenleving op te nemen. Dat kost heel, heel veel moeite. En die moeite moeten we nemen."
Het opmerkelijk van Priemus' uitspraken is dat ze voor iemand met een normale dosis gezond verstand natuurlijk helemaal niet opmerkelijk zijn. Helaas is politiekcorrect links zo diep gezonken in het moeras van de politieke correctheid dat zij hier wél van zullen schrikken. Dat ze daardoor de immigratiekritiek juist alleen maar aanwakkeren hebben ze niet eens door.
Voor ons land zou het geweldig zijn als er meer linkse mensen als Priemus zouden zijn met de moed op zich publiekelijk uit te spreken. Alleen dan kunnen links en rechts misschien nog iets van zaken met elkaar doen. Helaas zit dat er waarschijnlijk niet in.