Man, man, man.
Ik heb niets met politieke correctheid, maar man, die Ruben Schaken is écht helemaal van het padje:
‘Je weet nooit wanneer hij zijn kunstje flikt’, aldus oud-Feyenoorder Ruben Schaken over homoseksuele voetballers in zijn onlangs verschenen biografie Einde aan de Bullshit. De oud-aanvaller zegt bij Feyenoord met twee spelers te hebben gespeeld die op mannen vielen. Toen hij daarachter kwam, bekeek hij ze met ‘andere ogen’.
Dat je daar als kind -- tiener -- moeite mee hebt, soit, maar als volwassene? En dan ook nog eens als miljonair die een voorbeeld zou moeten zijn voor kinderen? Volstrekt belachelijk.
Karin Blankenstein, de zus van overleden arbiter John Blankenstein die homoseksueel was en opkwam voor homorechten in het voetbal, reageert geschokt op de volstrekt belachelijke uitspraak van Schaken:
Gelukkig heeft ze ook goed nieuws:
Als we érgens naartoe moeten in Nederland -- en in de rest van de wereld -- dan is het dat de seksuele voorkeur van mensen wordt gezien als volstrekt irrelevant. Ik geloof niet in de aanpak van links, die het juist centraal stelt. Dat slaat ook nergens op: een mens is meer dan zijn of haar seksuele voorkeur. Maar dit soort gekkigheden van Schaken zijn nóg belachelijker (hoewel hij trouwens wel, ironisch genoeg, uitgaat van hetzelfde principe: de mens is zijn of haar seksuele voorkeur).
De oplossing voor al dit soort problemen is helder: het moet als volstrekt oninteressant en irrelevant gezien worden wat iemands huiskleur, seksuele voorkeur en wat dies meer zij is. Het moet gewoon geen rol spelen in de manier waarop je over iemand denkt. Of iemand donker gekleurd is of homoseksueel, biseksueel, wat dan ook; het moet niet eens in mensen opkomen om daar iets van te vinden.
Want ja, dat is wáre tolerantie: mensen accepteren zoals ze zijn, zonder daar een zaak van te maken. Gewoon rustige, kalme acceptatie. Dat een man als Schaken daar moeite mee heeft, soit.