Maurice de Hond kwam vrijdag (virtueel) langs bij het FVD Journaal. Hij legde uit waarom de anderhalvemeter-samenleving flauwekul is, en hoe er beter omgegaan kan worden met de dreiging van het nieuwe coronavirus. Thierry Baudet was het helemaal met hem eens en concludeerde: weg met de anderhalve meter! De Hond legde uit dat er heel veel onderzoek gedaan wordt in het buitenland; onderzoek waaruit keer op keer blijkt dat de maatregelen van het RIVM weinig tot geen positieve impact hebben op de bestrijding van het virus. Zo wordt Nederlanders verteld dat ze anderhalve meter afstand moeten bewaren van elkaar, ook buiten in het park. Onzin, aldus De Hond. Uit al die onderzoeken blijkt dat er buiten vrijwel niemand besmet raakt. De enige plek waar er besmettingsgevaar is, is tussen vier muren -- binnen dus. En dan is het ook nog afhankelijk van een gebrek aan ventilatie én een lage luchtvochtigheid. Met andere woorden, in het openbaar vervoer is er een risico.
Baudet nam het vervolgens van De Hond over en vroeg aan hem: dit betekent dus dat je buiten kunt sporten, dat de terrassen open kunnen, en dat mensen naar het strand kunnen?
Ja, inderdaad.
Maar hoe komen het kabinet en het RIVM dan bij die anderhalve meter van ze? Het kan toch niet zo zijn dat ze daar stug aan vast blijven houden terwijl uit onderzoek steeds blijkt dat het onzin is om afstand te houden, zeker in de buitenlucht?
Nou, helaas, dat kan wél zo zijn. Het RIVM baseert zich namelijk gewoon op het standpunt van de WHO -- een standpunt dat gebaseerd is op... influenza. Oftewel van de griep. En die strategie van anderhalve meter is óók niet gebaseerd op voldoende wetenschappelijk onderzoek, aldus De Hond, maar eigenlijk vooral op een gebrek aan kennis. Het is hópen dat het werkt -- want hoe het virus precies verspreid wordt weet men niet.
En dat is het mooie van dit coronavirus, ging De Hond verder. Omdat het zo nieuw is kunnen we nu veel makkelijker onderzoeken hoe het zich verspreidt. En dan blijkt dat het vooral besmettelijk is door de luchtdeeltjes -- aerosols. Buiten adem je die sowieso niet in, en binnen wordt de kans dat je die inademt ontzettend verkleind door een goede ventilatie en een hoge luchtvochtigheid. De deeltjes vallen dan namelijk gewoon naar beneden omdat ze te zwaar worden.
Met andere woorden, anderhalve meter, anderhalve meter, anderhalve meter is niet nodig. En, voegde De Hond daar aan toe, de obsessie met anderhalve meter zorgt er ook nog eens voor dat je het échte gevaar niet ziet. Het is dus the worst of both worlds.
Baudet zei daarop dat het nu ook duidelijk is dat áls je het virus krijgt, de kans is ontzettend klein is dat je eraan onderdoor gaat. De mensen die er echt aan lijden hebben al een onderliggend probleem. Maar het overgrote deel van de samenleving zit niet in de risicogroep.
Dat klopt, beaamde De Hond. Als je tussen de 15 en 35 jaar bent en het virus krijgt is de kans dat je eraan overlijdt 1 op 25.000-30.000.
Ja, dat lees je goed: als 30.000 15-35 jarigen besmet raken met het virus overlijdt er slechts eentje.
De kans dat diezelfde leeftijdsgroep omkomt bij een verkeersongeluk? 1 op 12.500.
Kortom, het moet maar eens afgelopen zijn met deze gekte. Er was aan het begin van de crisis een korte lockdown nodig om het aantal IC-bedden op te schroeven en voldoende beschermingsmiddelen te kopen, maar nu moet de boel écht opengegooid worden. Een dág langer doorgaan met de lockdown is onverantwoord -- en die anderhalve meter opleggen aan de samenleving is volstrekt onzinnig.
Stop de lockdown, weg met de anderhalvemeter-samenleving!