De leider van de Palestijnse terreurbeweging Hamas bracht afgelopen dinsdag een verrassingsbezoek aan Ankara. Khaled Mashal sprak er met de Turkse premier Recep Tayyip Erdo?an over toenadering tot de Fatah-partij van de Palestijnse president Mahmoud Abbas.
Er botert al enkele jaren niet tussen Fatah en Hamas. De eerste regeert op de Westelijke Jordaanoever, de laatste in Gaza. De eerste heeft geweld formeel afgezworen terwijl Hamas nog moeite heeft zich als een politieke beweging te profileren.
Mashal kan wel wat internationale steun gebruiken en de Turken lijken een natuurlijke bondgenoot. De betrekkingen tussen Israël en Turkije zijn immers nog niet hersteld van de onderschepping van het voornamelijk Turkse convooi dat in 2010 naar Gaza voer. Schepen die zogenaamd hulpgoederen naar de Palestijnen in het gebied wilden brengen, gaven destijds geen gehoord aan een oproep van de Israëlische marine om ommekeer te maken. Israëlische militairen werden aangevallen door "vredesactivisten" toen zij aan boord gingen om de schepen tegen te houden. Negen Turken werden gedood. Erdo?an was woedend.
De Turkse premier heeft zich de afgelopen twee jaar geliefd gemaakt in de regio met zijn kritiek op Israël. Voorheen werd zijn land, lid van de NAVO en aspirant EU-lid, als een pion van het Westen gezien. Inmiddels heeft Turkije zich opgeworpen als een regionale mogendheid die met Saoedi-Arabië maar vooral Iran twist over de vraag wie de moslimwereld leidt.
De toenaderingspoging van Hamas moet in het licht van deze machtsstrijd worden gezien. De Palestijnse beweging wilt minder afhankelijk worden van het impopulaire en sjiitische Iran dat het moorddadige regime in Syrië steunt. Hamas heeft de banden met Bashar al-Assad al gebroken. Het kan moeilijk beweren op te komen voor de gewone man terwijl het gelieerd is aan een dictator die andere soennieten vermoord.
Het Turkse belang bij deze bondgenootschap is minder concreet. Ook de regering in Ankara hield er de afgelopen jaren goede banden met Assad op na, maar zag zich door de Arabische volksopstanden gedwongen partij te kiezen. Een land dat streeft naar hegemonie in het Midden-Oosten kon niet aan de zijde van alleenheersers blijven staan. Turkije omarmde daarom de "Arabische Lente" en begreep dat, net als in de dagen van het Arabische nationalisme van Gamal Abdel Nasser, de Palestijnse kwestie daar noodzakelijk deel van uitmaakt.
De meeste Arabische landen bemoeien zich nauwelijks met het vredesproces, maar de publieke opinie in diezelfde landen is zonder uitzondering tegen Israël gekeerd, op het antisemitische af. Erdo?an is wat dat betreft zowel een raspopulist als een onsentimentele strateeg. Hij heeft de goede verstandhouding met Israël opgegeven, omdat het hem meer oplevert: het aanzien en de waardering van de Arabische straat. Het was dan ook Erdo?an die als eerste moslimleider een bezoek bracht aan het nieuwe Libië en zijn regering die het felst ageert tegen het regime van Bashar al-Assad.
Ten slotte, door de banden met Hamas aan te halen hoopt Turkije ongetwijfeld dat de terreurbeweging in de toekomst niet meer naar Teheran kijkt voor steun. Iran heeft een belangrijke proxy verloren en moet nu bijna uitsluitend op het sjiitische Hezbollah leunen om indirect strijd tegen Israël te voeren. Iran wordt verzwakt wat Turkije ten goede komt.
Foto: Wikicommons / Andy Mettler