Hoera, vandaag kan het weer, roepen dat meisjes beter, slimmer, fantastischer zijn dan jongens! En wat doen we dat toch graag. Zo ongeveer alle kranten koppen vanochtend 'meisjes zijn slimmer dan jongens'. En dat terwijl het onderzoek waarop dat nieuws gebaseerd is, dat geenszins laat zien.
De aanleiding was onderzoek van de Inspectie van Onderwijs naar de onderwijsprestaties van jongens en meisjes, waarvan vandaag een
voorproefje werd gegeven. Wat we vooral te weten komen, is dat jongens en meisjes verschillend presteren:
Aan het eind van de basisschool presteren jongens beter in rekenen en wiskunde. Meisjes zijn juist beter in spelling en begrijpend lezen.
Jongens halen bij het centraal examen in het voortgezet onderwijs hogere cijfers voor Engels en wiskunde, meisjes voor Nederlands.
En bij het Middelbaar Beroeps Onderwijs:
Vrouwen doen het beter bij economie en zorg, mannen bij techniek en groen.
Goh, verrassend. Ook de overige cijfers vertellen eigelijk niets nieuws: meisjes halen eerder hun diploma en stromen vaker door naar een opleiding van een hoger niveau, terwijl jongens vaker blijven zitten of afstromen naar een lager niveau.
Zullen we dan nu van de daken schreeuwen dat meisjes slimmer zijn dan jongens?
Gelukkig zijn er ook mensen die beter door hebben
hoe de vork in de steel zit. Na twintig jaar feminisering van het onderwijs, kan het niet anders dan dat meisjes ondertussen betere resultaten halen.
Met al het groepsgewijs spreekbeurtjes houden en muurkrantjes in elkaar flansen, heeft het VWO heeft vandaag de dag het gestalte van een knutselclubje. Jongens, die graag sommen maken en mijmeren over grootse dingen, vallen dan al snel buiten de boot.
Het onderzoek van de Inspectie vertelt ons daarom niets over wie er nu eigenlijk slimmer is. Het vertelt ons wat wij belangrijk vinden. Rekenen en nadenken überhaupt vinden we tweederangs activiteiten. Nee, harmonieus samenwerken en overleggen, dat is pas belangrijk!