Waarom al die subsidie naar sterke windlobby?

Geen categorie25 dec 2013, 16:29

Goede vragen en foute antwoorden van VU–hoogleraren Rick van der Ploeg en Cees Withagen.

Onder de titel, 'Waarom al die subsidie naar sterke windlobby?, schreven Rick van der Ploeg en Cees Withagen (hierna P&W) een opinieartikel in de Volkskrant van 24 december jl.

P&W:

De overheid gaat in de komende jaren 18 miljard subsidie verlenen aan windenergie onder de voorwaarde dat er een kostenreductie van 40% wordt gerealiseerd. Die kostenreductie is nodig, want anders kan stroom van windmolens niet concurreren met stroom opgewekt in steenkool–  of gasgestookte centrales. Michael Persson legt in de Volkskrant van zaterdag 21 december uit welke heikele onderwerpen daarbij aan bod zullen komen. Dat er nog flink wat moet worden gebrainstormd over zeewindstroom is wel duidelijk.

Het is jammer dat noch Michael Persson, noch de auteurs van dit opinieartikel zijn ingegaan op de argumenten van de 'Groep van 11', die kritiek heeft geuit op de berekeningswijze van de kosten van het energieakkoord. 

Zie bijvoorbeeld hier.

Theo Wolters komt wat betreft de kostenberekening nóg hoger uit!

Theo Wolters:

Als je met behoudende, realistische aannames uitrekent wat alleen de 10,5 GW aan windparken uit het energieakkoord de burger extra gaat kosten, kom je uit op zo’n 55 miljard euro. De SER is blijkbaar vergeten even uit te rekenen wat voor prijskaartje er aan het akkoord hangt. Even Amersfoort bellen dus maar? ...

Dat astronomische bedrag van 55 miljard is bijna drie maal zoveel als alle gigaprojecten die ik in de Nederlandse geschiedenis kan bedenken bij elkaar opgeteld: Betuwelijn, JSF, HSL, Noord-Zuid lijn, Deltawerken, Afsluitdijk en Fyra kostten samen zo’n 20 miljard.

Als je de inpassingsverliezen van windenergie in het net en de indirecte kosten van bijvoorbeeld waardedaling van onroerend goed daarbij optelt kom je op 100 miljard. Afgeschreven over 15 jaar komt dat de burger op ruim duizend euro per gezin per jaar. Daarvoor krijgt hij dan in theorie 3 procent van de 16 procent duurzame energievoorziening die de overheid binnen tien jaar wil realiseren. Die duizend euro per jaar is dus nog maar het allereerste begin.
Rekent u me rustig na, ik heb alles uitgebreid en begrijpelijk voorgerekend in mijn blog “Astronomische kosten energieakkoord verzwegen”.

Aldus Theo Wolters. Zie ook hier.
 
P&W:

Ten eerste, waarom moet een subsidie op windenergie de voorkeur krijgen boven het belasten van fossiele brandstoffen?

Goede vraag. Zou het kunnen dat fossiele brandstoffen al bijzonder zwaar worden belast? Een nóg hogere belasting kan tot economische en maatschappelijke ontwrichting leiden.

P&W:

Deze zijn immers verantwoordelijk voor de emissies van CO2, welke bijdragen aan de versterking van het broeikaseffect en de opwarming van de aarde. Is het niet beter om het kwaad bij de wortel aan te pakken en een serieuze prijs voor CO2–emissies te rekenen? Wat we met de opbrengsten doen is vers twee.

P&W hebben kennelijk geen weet van de ontwikkeling van de klimaatdiscussie nadat het VN–klimaatpanel (IPCC) – zij het verdoezeld – heeft erkend dat het geen raad weet met de opwarmings'pauze' van zo'n 16 jaar, ook wel 'hiatus' genoemd. Als mainstream klimatologen dit belangrijke, doch (voor hen) geheel onverwachte verschijnsel niet kunnen verklaren, wat kunnen ze dan wèl verklaren? M.a.w. het zou goed zijn indien ze nog wat verder zouden studeren voordat zij een grote broek zouden aantrekken met ex cathedra uitspraken dat ons een verschrikkelijke opwarming te wachten staat. Die bestaat alleen in de virtuele werkelijkheid van de klimaatmodellen. Moeder Natuur wenst zich niet daaraan te conformeren.

Als economen, die vertrouwd zijn met de tekortkomingen van de economische modellen, zouden P&W daar toch een antenne voor moeten hebben. Dat blijkt dus niet zo te zijn. Zij volgen kritiekloos de opvattingen van de mainstream klimatologen. Hoe het ook zij, de meest recente peer–reviewed literatuur suggereert dat de de gevoeligheid van de temperatuur voor CO2 veel en veel lager is dan het IPCC heeft aangenomen en nog steeds aanneemt. Dat betekent dat CO2 een non–probleem is.

P&W:

Ten tweede, waarom een subsidie op windenergie en niet op energie opgewekt met zonnepanelen, algen of kerncentrales?

Geen subsidies op energie opgewekt met zonnepanelen? Kom nou!

P&W:

Het punt is dat de hele lappendeken van subsidies in stand gehouden wordt door door sterke lobby's. Maar subsidies voor deze CO2–arme energie bronnen zin alleen te billijken als er sprake is van kostenreducties ten gevolge van cumulatief gebruik van deze bronnen. Of die 18 miljard voor een 40 procent kostenreductie redelijk is, valt te bezien.

Nadelen van zulke subsidies zijn het afromen ervan door sterke lobby's en dat de overheid op de stoel van de ondernemer gaat zitten door een keuze te maken voor een bepaalde bron van CO2–vrije energie.

Zelf ben ik ook tegenstander van overheden die op de stoel van de ondernemer gaan zitten. Maar het is een misverstand te menen dat windenergie de totale CO2–uitstoot of het gebruik van fossiele energie zou verminderen. Dat is niet of nauwelijks het geval, zoals theoretische en praktische analyses hebben aangetoond. Door het intermitterende aanbod is er altijd fossiele back–up capaciteit nodig. De voordelen van windenergie worden door efficiencyverliezen elders in het stroomvoorzieningssysteem teniet gedaan. Dus per saldo levert deze geen besparing op, noch van het verbruik van fossiele energie, noch van de uitstoot van CO2.  

P&W:

Ten derde, blijkbaar wordt aangenomen dat op langere termijn de prijzen van fossiele brandstoffen constant zijn en niet te beïnvloeden. Maar dat geeft een vertekend beeld van de aanbodzijde van deze markt. Als de eigenaren van goedkoop te winnen fossiele brandstoffen voorzien dat zij vanwege subsidies op vernieuwbare energievormen in de toekomst met een lagere marktprijs worden geconfronteerd, zijn zij geneigd meer olie, gas en kolen uit de grond te halen om de concurrentie met de gesubsidieerde zonne–energie in de toekomst uit de weg te gaan. Zo krijgen we door de subsidies juist meer CO2-uitstoot, in plaats van minder. Dit is de Groene Paradox.

Windenergie neemt nog zo'n klein aandeel van het totale wereldenergieverbruik voor haar rekening dat het effect hiervan naar mijn gevoel minimaal zal zijn. De vraag naar fossiele energie blijft groot, zeker in dat deel van de wereld dat eigenlijk niets van verplichtingen inzake de reductie van CO2–uitstoot wil weten. De Groene Paradox lijkt mij daarom een aardige theoretische vondst, maar nogal irrealistisch.

De VU–professoren Rick van der Ploeg en Cees Withagen zijn bepaald niet de minsten op hun vakgebied. Het is daarom jammer dat zij met hun bijdrage aan het klimaatdebat blijk hebben gegeven van een nogal eenzijdige visie en daardoor de verwarring hebben vergroot. Maar ja, de VU heeft een reputatie hoog te houden als politiek correcte milieu/klimaatactivistische instelling, met hoogleraren als (voorheen) Pier Vellinga, Frans Berkhout en Joyeeta Gupta. We weten inmiddels dat hun activisme ten koste gaat van de wetenschappelijke zorgvuldigheid en objectiviteit. Bij de VU is dit probleem naar mijn gevoel structureler dan bij de incidenten à la Stapel, Vonk, Bax etc. Het zal daarom niet makkelijk zijn om daaraan een eind te maken – als de leiding van de VU zich al bewust zou zijn van de ernst van de situatie en zou wensen daaraan iets te doen, waarvoor momenteel geen aanwijzingen bestaan.

Maar wie weet, de VU heeft christelijk–religieuze wortels: 'ooit opgezet door en voor gereformeerde 'kleine luiden’.' Misschien dat zij op deze kerstdag het licht zien.

Voor mijn eerdere DDS–bijdragen zie hier.

 

Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten