Vrij verkeer van kapitaal wordt door de Europese Commissie beschouwd als één van de vier fundamentele vrijheden.
Naast vrij verkeer van personen, goederen en diensten is
vrij verkeer van kapitaal volgens de EC dé manier om de welvaart binnen de Europese Unie te vergroten en vormt het de basis van de Europese Interne Markt. Maar er zitten niet alleen voordelen aan dat vrije verkeer van kapitaal (om over het vrije verkeer van personen maar te zwijgen). In een
column op het financiële blog FTAlphaville citeert auteur Matthew C. Klein de Bank of International Settlements (BIS), die waarschuwt voor de nadelen van financiële globalisatie:
"The free flow of capital across borders was once thought to be a basic requirement of modern civilisation. Despite the damage caused by excessive lending from Germany and the Netherlands to Spanish, Greek, and Irish borrowers in the 2000s, the European Commission still says that the free movement of capital is one of the four freedoms underpinning the single market."
Klein schrijft verder, dat intussen de communis opinio hierover binnen de Westerse beleidsmakers aan het schuiven is. Hij wijst daarbij zowel op ontwikkelingen binnen het
IMF als de
BIS. Eén van die werkdocumenten, dat van Valentina Bruno en Hyun Song Shin, komt morgen in de Weekendbijlage bij Finance. De BIS wijst er op dat de globalisering van de financiële markten en de toenemende integratie daarvan ook schaduwzijden kent. Eén daarvan is de ongebreidelde internationale schuldengroei, vooral in het ontwikkelde deel van de wereld, maar intussen ook al in de zogenaamde 'opkomende markten'. Hoofd van de monetaire economie afdeling van de BIS,
Claudio Borio:
"Almost by definition, external funding is the marginal funding source. (...) In an integrated financial world, risk perceptions and attitudes are transmitted across asset classes through arbitrage and are embodied in risk premia. This explains, for instance, why proxies for the global price of risk, such as the popular VIX, are closely correlated with the global pricing of assets as well as with capital and credit flows."
De BIS wijst er op dat financiële globalisatie wel de zakken vult van de aandeelhouders van banken en hun werknemers, maar dat de uitbundige kredietverlening grote risico's met zich meebrengt en dus (krediet-)crises meer waarschijnlijk maakt. Bruno en Shin laten zien dat bijvoorbeeld een dalende koers van de dollar (wereldwijd) leidt tot het nemen van meer risico en omgekeerd juist leidt tot een schuldenafbouw. De dollarkoers zou dus eigenlijk gerelateerd moeten zijn aan de grootte en leverage van de internationaal opererende banken, aldus de onderzoekers:
"Given the pre-eminent role of the US dollar as the currency used to denominate debt contracts, our results shed light on why dollar appreciation constitutes a tightening of global financial conditions, and why financial crises are associated with dollar shortages."
Klein trekt hieruit -de terechte- conclusie dat vrij monetair beleid de grootste invloed heeft als dat buiten het land gebeurt van de oorspronkelijke valuta. Een aardig voorbeeld hiervan is, dat als de FED straks de rente verhoogt, de koers van de euro zal zakken. Daar hoeft de ECB niets voor te doen: kapitaalstromen richting de dollar zullen onvermijdelijk zijn, waardoor de dollar tegenover de euro stijgt, of anders gezegd, de euro in waarde daalt. De factor kapitaal speelt dus een belangrijke rol in de geglobaliseerde financiële wereld. Eigenlijk meer dan de vraag of een bepaald land een begrotingsoverschot c.q. tekort heeft. Borio weer:
"Current accounts and the net capital flows they represent reveal little about financing. They exclude the underlying changes in gross flows and their contributions to existing stocks, including all the transactions involving trade in financial assets, which make up the bulk of cross-border financial activity. As such, current accounts tell us little about the role a country plays in international borrowing, lending and financial intermediation, about the degree to which its real investments are financed from abroad, and about the impact of cross-border capital flows on domestic financial conditions."
Het zijn dus vooral de financiële transacties die de bulk vormen van grensoverschrijdend handelsverkeer, veel meer dan goederen en diensten, aldus Borio.
Klein stelt zich vervolgens de logische vraag of (Westerse) beleidsmakers het financiële stelsel kunnen stabiliseren door die enorme kapitaalstromen te beperken zónder dat dit invloed heeft op de reële economieën van de landen. De mensen van de BIS laten in
een studie zien, dat de eenzijdige aandacht van beleidsmakers op handelstekorten/overschotten van landen beter plaats kan maken voor aandacht voor de balansen van de landen (en banken). Ook de recente financiële crisis is vooral een balanscrisis, aldus de onderzoekers.
Het is zeker waar dat de huidige crisis óók een balanscrisis is, maar uiteindelijk gaat het er wel om dat de economie van een individueel land kan blijven draaien. De rol van kapitaal is daarbij uiteraard relevant, maar relevanter nog het produktieve en innoverende vermogen van die economie zelf. We zouden uit de recente crises moeten leren dat de economie zelf het werk moet doen en niet overheden, laat staan centrale bankiers.
Hier vindt u een overzicht van mijn columns en u kunt mij hier volgen op Twitter.