Partij van de Arbeid, waar ging het mis? Het verketteren (6)

Geen categorie14 aug 2020, 14:00
Frits Bosch schrijft deze zomer een feuilleton over hoe het zo faliekant mis kon gaan met de PvdA, ooit één van Neerlands grootste partijen en nu onbetekenend wegkwijnend in de oppositie. Vandaag deel 6: over hoe links mensen verkettert. “Socialisten zijn reuze leuke mensen,” vindt Frits: “Maar je moet ze niet tegen je hebben. Want voor je het weet word je voor racist en xenofoob uitgescholden.”
De PvdA wil afstand nemen van het liberale denken. Maar de partij heeft nog geen goed verhaal. Enkel afstand nemen van het liberale gedachtegoed is wel erg mager. Hoe is het gekomen dat de ooit machtige sociaal democraten zo in de lappenmand verkeren? Introspectie is geen sterk punt van de PvdA. Frits Bosch gaat de partij hierbij helpen en duikt in hun interessante geschiedenis in een aantal afleveringen. Vandaag deel 6: het verketteren.
Verketteren kunnen we goed…
Politiek rechts en links waren traditioneel noties die verband hielden met sociaal-economische opvattingen, zoals de verzorgingsstaat en de vrije markt economie. De verzorgingsstaat was goeddeels afgerond, dus dat onderscheid voldeed niet meer. In rap tempo werden nieuwe etiketten gedrukt, en aan de die drukpers stonden de sociaal-democraten.
Het was allemaal niet zo moeilijk wat nieuw links was: voor ontwikkelingshulp, voor China, voor de DDR, voor massa-immigratie, voor Europese integratie, tegen nationalisme, etcetera. Eenieder die dit anders zag was rechts, of nog liever: extreem-rechts. Er wordt nog steeds driftig met die etiketten geplakt. Bijvoorbeeld door Jeroen Dijsselbloem, die iedereen die sceptisch is over verdergaande integratie in Europees verband beticht “tegen Europa en extreem rechts” te zijn, vooral “extreem.”
Deze minderwaardige trant van discussiëren werd gemeengoed vanuit een gerechtvaardigde vanzelfsprekendheid. Onzindelijk redeneren zit diep verankerd in de Nederlandse sociaal-democratie. Willem Drees en Joop den Uyl werden voor rechts versleten, hoewel geen PvdA’er het waagde om dit hardop te zeggen. Veel zotter kan het niet worden zou je denken, maar dat kon het toch wel naar later bleek.
Onderbuikgevoelens, wie heeft ze niet
De nieuwe lijn van links was gericht op ontwikkelingslanden en Europa. De signatuur was kosmopolitisch, weg van nationalisme, hetgeen soms zelfs op één lijn werd gesteld met fascisme. Deze internationale oriëntatie viel samen met de (neo-)liberale lijn van rechts om ruimbaan te verlenen aan multinationals. Bedrijven als bijvoorbeeld Shell, Unilever, Philips, Akzo, Ahold, DSM, Heineken en diverse grootbanken profiteerden volop hiervan. De in dit opzicht samenvallende ontwikkelingen leidden tot het faciliteren van het internationale bedrijfsleven door fiscalisten (‘belastingontwijking’ via taxhavens), accountants, advocaten, consultants, wetenschap en de ondersteunende bureaucratie in den brede.
Wat ooit elite was en rechts, ging zich met de veren van links tooien. Deze hoog opgeleide bovenlaag van de maatschappij ging al globaliserend en kosmopolitiserend naar links. Dit ging en gaat met de nodige arrogantie gepaard versus degenen die vooral nationale belangen in het vizier hadden, zoals Den Uyl en Schaefer. Er werd verontwaardigd neergekeken op de gedachten van ‘achterblijvers’, de laagopgeleiden en middenklassers, wier inkomens relatief steeds verder achterbleven. De ‘elite’ begreep hen niet en wilde hen ook niet begrijpen. De term ‘onderbuikgevoel’ werd een geliefkoosde uitdrukking.
Socialisten zijn reuze leuke mensen, maar je moet ze niet tegen je hebben, want voor je het weet word je voor racist en xenofoob uitgescholden. Wederom werd de voormalige achterban daarop aangekeken. Dit lijkt niet het beste recept om hoog te scoren in de peilingen. En dat deden sociaal-democraten ook niet, maar ze gingen ijzerenheinig ermee door. Bord voor de kop, maar wie niet luisteren wil, moet voelen.
Zelfonderzoek, maar vandaag even niet
All things must pass’ zong George Harrison in 1970 en dat deden ze ook. De vroeger gangbare politieke termen ‘rechts’ en ‘links’ verloren hun inhoud. In feite zijn ze van plaats verwisseld. Links staat voor behoudend, rechts voor systeem- en cultuurkritisch. Links werd synoniem voor hoger opgeleid, regentesk en professioneel. Links staat tegenwoordig ook voor weinig interesse in de noden van de lagere klasse en de toenemende inkomensongelijkheid. Het beste bewijs daarvoor is dat de linkse partijen tijdens de verkiezingen van 2017 massaal verloren, vooral bij lager betaalden.
Rechts lijkt voor de belangen van lagere- en middenklasse te staan. Nieuw Links was de kraamkamer van ‘politiek correct denken’ en ‘de linkse kerk’. Mensen die anders dachten werden fel onderuit gehaald door de media. De economie draait goed, maar de sfeer in het land denderde sinds de eeuwwisseling achteruit. Logischerwijze heeft de PvdA het nodige zelfonderzoek gedaan naar de rampzalige verkiezingsuitslag. De slechte voorbereiding van de campagne en de strijd tussen Lodewijk Asscher en Diederik Samsom zouden debet zijn geweest aan de verkiezingsuitslag. Voormalig PvdA-minister van Financiën Jeroen Dijsselbloem wijt de opkomst van populisten aan de financiële crises. Hij zal zelf wel geweten hebben dat dit onzin is. Een schrale troost: de beschreven ontwikkeling voor sociaal democraten doet zich niet alleen in Nederland voor, maar in de gehele Westerse wereld.
Delen 1, 2, 3, 4 en 5 van de feuilleton zijn hier te lezen.
Frits Bosch, auteur van “Risico als obsessie, “Dat is het risico”, “Wereld op een keerpunt” “Onbehagen bij de elite, “Schaft ook Nederland zich af?en “Feminisme op de werkvloer.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten