Van vredesbesprekingen tussen Israël en de Palestijnen is het weer niet gekomen, alle 'inspanningen' van president Barack Obama ten spijt.
Minister van Buitenlandse Zaken John Kerry vloog de afgelopen weken heen en weer tussen Jeruzalem en Ramallah in een poging de twee partijen weer om tafel te krijgen. Vandaag moest hij toegeven dat dat niet was gelukt, hoewel hij volhield dat er "echt vooruitgang" is geboekt. Wat die vooruitgang inhield, zei Kerry niet.
Het lijkt er dan ook op dat Israël noch de Palestijnen van mening zijn veranderd. De eerste is bereid te onderhandelen, zoals premier Benjamin Netanyahu vandaag nog eens benadrukte: "zonder vertraging, zonder voorwaarden vooraf." De Palestijnen, daarentegen, eisen dat Israël eerst ophoudt met het bouwen van nederzettingen in gebied waar ook zij aanspraak op maken.
De Palestijnse president Mahmoud Abbas voegde daar recentelijk nog een voorwaarde aan toe: Israël zou de grenzen van een toekomstige Palestijnse staat op de Westelijke Jordaanoever moeten erkennen, voor er ook maar onderhandelingen van start konden gaan. Terwijl dat toch is waar de onderhandelingen over zouden moeten gaan? Je krijgt haast de indruk dat de Palestijnse leiders niet echt vrede willen...
Dit is deels de schuld van de Amerikaanse president. Ook die eiste, publiekelijk, vlak na zijn aantreden dat Israël de bouw van Joodse nederzettingen stopzette. Netanyahu nam een groot politiek risico door aan die oproep gehoor te geven. Zijn eigen conservatieve achterban en nationalistische partijen op rechts waren het grotendeels oneens met zijn besluit om de bouw van nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever, met uitzondering van Oost-Jeruzalem, tien maanden stil te leggen.
Kwamen de Palestijnen toen praten? Nee.
Twee jaar terug deed Obama er nog een schepje bovenop. Als Israël vrede wil sluiten met de Palestijnen, zei hij, moet het de grenzen van 1967 erkennen, oftewel: de situatie zoals die sinds de Zesdaagse Oorlog bestaat.
Hoewel Israël en de Palestijnen geen enkele reden hebben om aan precies die grenzen vast te houden, heeft Abbas de eis van Obama overgenomen. Die zegt nu dat Israël de Westelijke Jordaanoever moet opgeven in ruil voor vrede, hoewel hij in 2009 nog een
voorstel van Israëlische zijde van de hand wees dat de Palestijnen 94 procent van dit gebied zou hebben gegeven. Ook al is Israël bereid de Palestijnen grotendeels hun zin te geven, nog weigeren ze het conflict te beëindigen of ook maar te onderhandelen. Toch trapt Obama er keer op keer weer in.
Op deze manier draagt Amerika niet bij aan het oplossen van het probleem. In tegendeel. Door de Palestijnse eisen over te nemen, verschaft Obama ze van legitimiteit en staan de Palestijnen onder minder druk om in te binden. Wat ze zullen moeten doen als ze werkelijk vrede willen, want Israël kan onmogelijk de helft weggeven voor er überhaupt onderhandelingen plaatshebben.