De DENK-voorman hield een ellenlange speech in de Tweede Kamer om zijn weerzin jegens de AIVD duidelijk te maken. DENK, de partij van de Nederturkse Kamerleden Kuzu en Öztürk, heeft de aanval geopend op de
inlichtingendiensten die ons beschermen tegen terreuraanslagen. Terwijl de gemiddelde Nederlander zich zorgen maakt over de mogelijkheid dat in Nederland een terroristische aanslag plaatsvindt, ligt
Tunahan Kuzu vooral wakker van de bevoegdheden van de AIVD.
De nieuwe Wet op inlichtingen- en veiligheidsdiensten geeft de AIVD en militaire inlichtingendienst MIVD de
bevoegdheid om kabelgebonden telecommunicatie (met andere woorden: het internet) te onderzoeken. Dit is een hoognodige verruiming van de huidige bevoegdheden, die voor het laatst in 2002 werden vastgesteld. Omdat de technologische ontwikkelingen sinds die tijd enorme veranderingen hebben teweeggebracht, is het logisch dat ook de bevoegdheden van de inlichtingendiensten met de tijd meegaan. De website van de Rijksoverheid
legt uit:
Niemand belt meer met een vaste telefoon. Terroristen, extremisten en spionnen ook niet. Zelfs als de AIVD en MIVD toestemming krijgen om iemand rechtstreeks te tappen, dan missen ze de informatie die persoon via een openbaar netwerk, apparaat of andere locatie verstuurt. De AIVD en MIVD hebben daarom toegang tot deze informatiestromen nodig om dreiging voor Nederland tijdig te onderkennen en militaire operaties veilig en effectief uit te voeren.
Klinkt logisch, nietwaar? We willen immers zo goed mogelijk worden beschermd tegen jihadistische groeperingen zoals ISIS, die Nederland als doelwit hebben. Als de inlichtingendiensten deze nieuwe bevoegdheden níét krijgen, is dat zeer schadelijk voor onze veiligheid:
Welke informatie gaan de AIVD en MIVD missen als de wet blijft zoals die nu is?
Met de huidige bevoegdheden kunnen de AIVD en MIVD inlichtingen vergaren, maar dat is op termijn te vergelijken met het kijken naar een bioscoopscherm, waarvan slechts een klein hoekje zichtbaar is. De AIVD en MIVD missen een (groot) deel van de onbekende dreiging, targets en cyberaanvallen.
Prima wet dus, zou je zeggen! Maar niet wat Tunahan Kuzu betreft. Hij is vooral "kritisch" op het voorstel, vertelt hij in een ellenlange toespraak in de Tweede Kamer:
Kuzu maakt een lange opsomming van organisaties die tegen het wetsvoorstel zijn, en bekritiseert minister Asscher omdat die die kritiek niet serieus zou nemen. Dat is goed en wel, maar waaróm het wetsvoorstel zo slecht zou zijn, vertelt Kuzu er niet bij. Hij zegt alleen dat hij "kritisch" is, maar verder geeft hij geen enkele inhoudelijke toelichting bij zijn standpunt.
Het is weer typisch DENK: over alles zeuren en klagen, maar een inhoudelijk verhaal hebben ze niet. Kuzu vindt het kennelijk belangrijker om onze inlichtingendiensten en minister Asscher in een slecht daglicht te plaatsen, dan onze veiligheid te beschermen. Triest!