Dan pomp je zoveel geld in programma's om 'arme' kinderen te helpen, maar haalt het allemaal niets uit.
De hulp aan kinderen uit arme gezinnen schiet tekort. Hulpverleners zijn vaak kort bij een gezin betrokken en werken langs elkaar heen. Het voornemen 'één gezin, één plan' - een adagium van voormalig minister André Rouvoet - komt niet uit de verf.
In totaal leven er 330.000 kinderen in Nederland onder de lage-inkomensgrens. U zult wel denken: 'Dat is toch niet best? Zoveel kinderen, zo arm? Wat is die grens dan wel?'
Nou we hebben het hier over 1240 euro voor een gezin dat bestaat uit één ouder en één kind. 1240 euro. Toegegeven: dat is niet veel. Maar zo weinig is het nou ook weer niet. Zeker niet als je in gedachten houdt dat dit soort huishoudens huursubsidie krijgen, zorgsubsidie, etc.
Dat heeft een negatieve invloed op hun ontwikkeling, stelt onderzoeksleidster Suzanne Rutz. "Veel kinderen schamen zich, armoede is een taboe." Ze durven geen vriendjes mee naar huis te nemen en zijn uitgesloten van (dure) sporten en hobby's.
Met alle respect, maar vinden we dat nou al een probleem? Dat kinderen van ouders met minder geld geen 'dure sporten' kunnen spelen? Die kunnen niet even het vliegtuig pakken naar Oostenrijk om daar lekker een week of twee te gaan skieën. Ja, dat klopt. Dat hebben we als samenleving echter nooit beschouwd als een probleem: het is immers geen primaire levensbehoefte.
Verschillen zijn er en zullen er altijd zijn. En daar mogen we best blij mee zijn; als we de samenleving nog egalitairder maken raken mensen de dwang kwijt iets van hun leven te maken.