Door de algehele COVID-19 formele berichtgeving heen worden regelmatig voorbeelden aangehaald die duiden op een Nederlandse samenleving van traditionele normen en waarden. Zo refereert de koning in zijn toespraak op 20 maart aan “de sportclub, de koffieochtend, de muziekvereniging, het familieweekend, de kerkdienst”. Het aanhalen van de kerkdienst wel en niet bijvoorbeeld de moskee, is een politieke keuze. Wanneer hij kinderen toespreekt noemt hij “balletles of voetbal” wat niet expliciet, maar wel impliciet verwijst naar gendernormatieve tegenstellingen.
Voor overheid en (medische) autoriteiten - check het taalgebruik: Pas een intersectionele - en mensenrechtenbenadering toe ook op crisis beleid en communicatie. Vermijd de te vage verwijzingen naar ‘het gezin’ of ‘het huishouden’.
Dit is voor iedereen anders in te vullen in een samenleving waarin we gender-, seksuele en relationele diversiteit willen waarborgen. Spreek bijvoorbeeld liever over mensen met wie je een ‘intieme relatie’ hebt.
Voor ons allemaal op straat - check je aannames: Wanneer het toch noodzakelijk is om onbekenden op straat aan te spreken voor veiligheid van ieders gezondheid, vraag dan of de groep een ‘quarantaine gezin’ betreft.