De transferbedragen in de voetballerij zijn knettergek. 125 miljoen euro voor één speler slaat echt volstrekt nergens op.
Toen Gareth Bale door Real Madrid overgenomen werd van Tottenham Hotspur, voor het bedrag van 100 miljoen euro, keek de hele wereld geschrokken op. Natuurlijk, Bale was en is een geweldige speler, maar 100 miljoen euro is wel héél veel. Zéker voor een man die zich op internationaal niveau eigenlijk nog niet bewezen had.
Nou, het kan altijd gekker. Volgens het
Algemeen Dagblad neemt
Manchester United de Fransman Paul Pogba nu namelijk over voor
125 miljoen euro.
Jawel, dat lees je goed: 25 procent meer dan het belachelijke bedrag dat neer werd gelegd voor Bale.
Paul Pogba staat op het punt om de duurste voetballer aller tijden te worden. Juventus gaat naar verluidt akkoord met een recordbedrag van 125 miljoen euro. De Franse middenvelder keert daarmee terug naar Manchester United, de club waar hij vier jaar geleden nog gratis de deur uit liep.
Je zou denken dat voetbalclubs net als gewone bedrijven betalen wat iemand waard is. In dit geval gelooft alleen helemaal niemand dat. De kans dat Pogba die 125 miljoen euro terugverdient voor zijn (nieuwe) club is zo ongeveer nihil. Het is niet zo dat hij aan de lopende band scoort, het is ook geen wonderbaarlijke assistmachine... Ja, hij is geweldig goed -- technisch en bijzonder sterk -- maar 125 miljoen euro?
Hij is superman niet.
Natuurlijk gun ik Juventus en Pogba zelf het van harte, maar ik vraag me wel af wat dit betekent voor het
voetbal. Dit kan niet goed zijn voor de grootste
sport ter wereld. Door dit soort bedragen te betalen blaast het voetbal zichzelf uiteindelijk op, dat kan niet anders. En dat moet iedereen dwarszitten, Manchester United en zijn nieuwe coach José Mourinho inclusief.