De columns van Telegraaf-journalist Martin Visser, die jarenlang voor het Financieel Dagblad als redacteur Economie & Politiek verslag deed vanuit Brussel, maken doorgaans een verfrissende indruk.
Visser volgt niet blindelings de bestaande stromingen (eurofiel danwel eurosceptisch) en geeft er regelmatig blijk van op basis van zijn gezonde verstand de financiële ontwikkelingen kritisch, maar ook nuchter op een rijtje te zetten. Dit is een hele verademing in ons huidige eurofiele medialandschap. Waar Visser in het verleden nog wel eens de neiging had de EU tegen beter weten in te verdedigen, wordt hij de laatste tijd duidelijk een stuk kritischer. Ik zou zeggen, welkom in het land van de eurorealisten.
In een column van deze week, 'Kop in het zand', gaat Visser in op de hardnekkige balansrecessie in de EU en de ongeloofwaardige manier waarop onze politieke leiders daarmee omgaan. Om de haverklap doen zij ongefundeerde uitspraken als de eurocrisis is voorbij of Griekenland en Portugal staan er uitstekend voor dankzij de hervormingen en meer van dit soort baarlijke nonsens, die eraan voorbij gaan dat we in de EU alleen maar ons hoofd boven water houden dankzij een ruimhartig monetair beleid, dat gepaard gaat met enorme risicos.
Volgens Visser is een balansrecessie een economische neergang die wordt gekenmerkt door de noodzaak om te hoog opgelopen schulden af te bouwen. Dit kost nu eenmaal tijd: overheden en ook bedrijven, banken en huishoudens zijn bezig hun balansposities te versterken, wat op de lange termijn een goede zaak is. De economische effecten op korte en middellange termijn zijn echter desastreus, omdat er nauwelijks ruimte is voor investeringen en consumptie. Dat betekent stagnatie, lage groei en een zeer trage afname van de werkloosheid, aldus ook drie vooraanstaande bankeconomen die het afgelopen weekend geraadpleegd werden door Martin Visser.
De redactie en de columnisten van DDS Finance nemen doorgaans geen blad voor de mond. We hebben steeds zeer kritisch bericht over de eurozone en vooral over de rampzalige one-size-fits-all-euro, die grote delen van Europa aan de bedelstaf heeft gebracht. We zijn ons ervan bewust dat er geen easy-way-out is en dat het verlaten van de eurozone en/of de EU negatieve gevolgen voor Nederland kan hebben, die niemand helemaal goed kan inschatten. Daarnaast zijn onze financiële instellingen en pensioenfondsen sowieso het haasje als de eurozone ongeordend uit elkaar valt, gezien hun blootstelling op het vlak van staatsobligaties van de PIIGS landen. Echter, de redactie en columnisten van DDS Finance hebben gewaarschuwd dat 'doormodderen' nog veel grotere nadelige effecten zal hebben voor Nederland en hebben daarnaast een oplossing aangedragen, die ook politiek acceptabel is (TMS).
We hebben ons op DDS Finance niet bezondigd aan de populistische verhalen van sommige eurosceptische partijen in Nederland en daarbuiten, die vaak doen alsof er onmiddellijk een walhalla intreedt zodra een land de eurozone verlaat. Zoals ik al betoogd heb in mijn artikel Het economisch programma van het Front National, zal het voeren van een strikt protectionistische politiek zoals het Front National wil, economisch nadelige gevolgen hebben voor Nederland.
Bovendien gaat deze gedachte van nationaal protectionisme volledig voorbij aan de economische segmentatie die in de afgelopen veertig jaar wereldwijd is gegroeid. Wat schieten wij ermee op als we in Europa weer goedkope aanstekers e.d. gaan produceren met relatief dure loonarbeiders, zodat we straks in de supermarkt een Europese aansteker kunnen kopen voor pak m beet vier euro, terwijl het Chinese exemplaar dat nu in de schappen ligt hooguit één euro kost? Wie zou die Europese aanstekers dan willen kopen? Het lijkt mij alleen maar een manier om het paard achter de wagen te spannen.
Een gedegen economisch en monetair beleid begint met een heldere analyse van de huidige situatie en vervolgens met een visie, hoe we daar verbetering in kunnen brengen. Onze huidige politieke leiders komen niet eens toe aan het eerste (de analyse), gezien alle onzin die ze brabbelen over de eurocrisis en hun blindheid voor de monetaire nadelen van de eenheidsmunt. Deze politici menen het zwarte schaap gevonden te hebben dat de schuldencrisis veroorzaakt heeft (de bankiers!) en gaan gemakshalve voorbij aan hun eigen rampzalige beleidsdaden (zoals het invoeren van de one-size-fits-all euro of het veel te ver doorvoeren van de hypotheekrenteaftrek).
De volgende crisis zal niet lang op zich zal laten wachten gezien alle spanningen in de wereld. Op economisch vlak zijn er verschillende bedreigingen (denk aan landen als Venezuela of Argentinië die praktisch in staat van faillissement zijn of aan de precaire toestand van veel Zuid-Europese banken, zie ook de harde klappen gisteren op de Zuid-Europese beurzen naar aanleiding van geruchten over een Portugese bank). Ook op militair vlak zijn er dreigingen, met een hoog oplopend conflict in Oekraïne en een explosieve toestand in het Midden-Oosten (Israël, Irak, Syrië). Zoals Visser stelt in zijn column is de uitgangspositie van de eurozone in een nieuwe crisis dramatisch door de hoge werkloosheid, de hoge staatsschulden en de onwil van een aantal EU-landen om te hervormen.
Toch is dat laatste de enige manier om op een gezonde manier uit het economische moeras te komen. Landen zullen hun concurrentiepositie moeten versterken door soms pijnlijke hervormingen door te voeren, in plaats van achterover te leunen en te bedelen om nóg meer gratis geld van Super Mario. Daarnaast zullen we de kostbare illusie van monetaire eenheid moeten opgeven door de culturele verschillen tussen de verschillende EU-staten te erkennen en vervolgens maatwerk mogelijk te maken in het monetair beleid (gedifferentieerd rentebeleid en lonen en prijzen indien noodzakelijk per land of zone aanpassen door een muntdevaluatie) .
Dat laatste kan via het model van The Matheo Solution (TMS), zodat we de voordelen van de euro als gemeenschappelijke handelsmunt en internationale reservemunt vooralsnog niet op hoeven te geven. Dit zijn enkele lichtbakens die de weg uit dit Europese tranendal kunnen aangeven, in de richting van gezonde economische groei in plaats van langdurige stagnatie. Hoe langer onze leiders de kop in het zand blijven steken, hoe dieper en pijnlijker onze val straks zal zijn.