De Franse verkoop van twee amfibisch transportschepen aan Rusland baart andere NAVO landen zorgen. Onterecht.
Zoals het er nu voorstaat zal Rusland twee schepen van de Mistral klasse in Frankrijk laten bouwen en kopen voor een bedrag van 980 miljoen. Daarnaast betaalt Rusland 90 miljoen voor het recht om zelf twee dezelfde schepen te bouwen.
Met de verkoop van de schepen worden ook communicatiesystemen aan Rusland geleverd die binnen de NAVO in gebruik zijn. Hiervoor moeten andere NAVO lidstaten nog wel toestemming verlenen. Rusland zegt graag over deze systemen te beschikken om deel te nemen aan NAVO exercities maar Baltische en Oost-Europese landen, alsmede de Verenigde Staten, zijn skeptisch.
Rusland zal de Mistrals waarschijnlijk als commandoschepen inzetten. De twee schepen van Franse makelij zullen de Pacifische Vloot dienen. De Russische marine hoopt deze tak nieuw leven in te blazen aangezien het gebied rond de Stille Oceaan van toenemend economisch belang is voor Rusland. De schepen zullen ook als helikoptercarriers dienen.
De aankoop van de laatste twee schepen, die in Sint Petersburg gebouwd moeten worden, is bedoeld om de Russische scheepsbouw ten goede te komen. Waarschijnlijk zal Franse hulp aan de bouw van de schepen te pas komen wat de Russische bouwers in staat moet stellen om vervolgens zelf weer hoogwaardige oorlogsschepen te produceren.
De angst bestaat dat de Franse wapendeals met Rusland het NAVO land afhankelijk maken van de voormalige vijand terwijl het Russische leger wordt versterkt. Dat eerste moet geen zorgen baren maar de tweede vrees verdient aandacht.
Des te afhankelijker landen van elkaar zijn, des te minder geneigd zijn zij om oorlog met elkaar te voeren. Als Rusland in toenemende mate op de Europese bondgenoten moet vertrouwen om diens krijgsmacht overeind te houden geeft dit de NAVO ruimte voor onderhandelingen over bijvoorbeeld Russisch wapengekletter in de Kaukasus and Centraal-Azië. De Russische defensieindustrie brokkelt tegelijkertijd af wat de Russische afhankelijkheid van het Westen alleen maar vergroot.
De onderlinge afhankelijkheid is echter ongelijk. Wanneer Rusland besluit toch geen Franse schepen te kopen is dit een tegenvaller voor de Fransen maar geen ramp. Wanneer Parijs besluit dat diens bedrijven niet meer aan de Russen mogen leveren is dat mogelijk een gevaar voor de Russische veiligheid.
De Russen profiteren dus ook het meest van de verhouding. Hoewel zij nauwelijks drie jaar geleden in Georgië nog bewezen met een verouderd leger prima in staat te zijn een voormalige Sovjetstaat te bedreigen zouden Westerse wapens in Russische handen de bereidheid van Moskou om met geweld buitenlands beleid te voeren kunnen doen toenemen.
Aan de andere kant, doordat NAVO apparatuur en materieel in hoge mate gestandardiseerd zijn komt verkoop van NAVO wapens samenwerking met Rusland mogelijk ten goede. Rusland en het Westen hebben verschillende economische belangen maar wanneer het op veiligheidsdilemma's aankomt delen te twee bepaalde dreigingen, of het nu gaat om piraterij, internationale drugshandel of Islamitisch terrorisme. De Verenigde Staten en hun NAVO partners hebben de bestrijding hiervan grotendeels op zich genomen. Met name in Centraal-Azië zou Rusland echter prima een steentje kunnen bijdragen.