Kouwenhoven doet, deels met financiering door Microsoft, onderzoek naar 'quantum hardware' die gebaseerd is op supergeleiding. Door over een supergeleidende indium-antimonidedraad een magnetisch veld aan te leggen, slaagde hij er in aan het uiteinde van de draad iets te laten gebeuren wat sterk lijkt op de vorming van een quasi-deeltje, dat zowel 'zichzelf' als zijn eigen antideeltje is. In die dualiteit ligt volgens onderzoekers een veelbelovende mogelijkheid besloten voor gebruik als drager van een qbit, het bijzondere 'kleinste' informatiebrokje waarop het hele principe van quantum computing berust.