Hoe denken de eurosceptische partijen nu precies over de euro en de EU?
De eurosceptische partijen waren de grote winnaars van de verkiezingen voor het Europese Parlement (EP) in mei. Samen wonnen ze maar liefst 30% van de stemmen. Dat is weliswaar te weinig om reële invloed uit te kunnen uitoefenen, maar het was toch een politieke aardverschuiving met mogelijk gevolgen voor de toekomst.
Uit een nadere analyse blijkt, dat er nogal wat onderlinge verschillen zijn tussen de grootste eurosceptische partijen. Zonder compleet te willen zijn, zal ik de verschillen tussen de belangrijkste eurosceptische partijen op een rij zetten. U zult zien dat er nogal wat smaken zijn en ook dat partijen die ongeveer hetzelfde denken over de euro en de EU, niet per se in dezelfde Europese fractie zitten. Europa is nu eenmaal ingewikkeld!
Het meest eenduidige anti-EU én anti-euro standpunt, hebben de Britse UKIP en de Nederlandse PVV. Beide partijen willen niet alleen een eind maken aan de euro (voor de Britten zelf niet nodig want zij zitten niet in de eurozone), maar willen ook dat hun respectievelijke landen uit de EU stappen en weer een nationaal beleid gaan voeren, zowel in monetair als in politiek opzicht. Toch zitten UKIP en PVV niet in dezelfde fractie in het EP, vanwege andere (politieke) verschillen.
Dan krijgen we een groep nationalistische partijen, zoals het Franse Front National, de Oostenrijkse FPÖ en het Belgische Vlaams Belang, die in dezelfde fractie zitten als de PVV, hoewel deze fractie geen officiële status geniet vanwege een tekort aan landen. Deze partijen willen uit de eurozone treden en weer hun nationale munt invoeren. Marine Le Pen heeft aangekondigd dat dit haar eerste daad als president zou zijn. Maar, in principe willen ze niet uit de EU stappen (met uitzondering dan weer van de PVV). Ze willen liever het EU-verdrag heronderhandelen, waarbij verdere uitbreiding van de EU onmogelijk wordt gemaakt en er meer respect voor de nationale soevereiniteit komt.
Overigens is dit verdragstechnisch niet mogelijk (uit de euro stappen en in de EU blijven), maar volgens Marine Le Pen zal die soep niet zo heet gegeten worden als deze opgediend is, zeker als het om grote EU-landen gaat.
Dan hebben we nog de eurosceptische hervormers, zoals de Duitse Alternative für Deutschland (AfD), de Britse Conservatives, de Nederlandse CU-SGP en de Belgische N-VA. Deze partijen zitten met elkaar in dezelfde fractie, de ECR fractie (European Conservatives and Reformists). Hoewel er wat nuance verschillen zitten tussen hun EU- en euro standpunten, komt het er in grote lijnen op neer, dat deze partijen de monetaire unie willen hervormen om te voorkomen dat deze uitloopt op een permanente transferunie. Ook willen ze de EU zelf hervormen, dat wil zeggen flexibeler maken en een aantal bevoegdheden terug bij de nationale staat onderbrengen.
Cruciaal voor de ECR-fractie is het monetair hervormen van de muntunie, die immers door de bedenkers ervan bedoeld is als paard van Troje, om in de EU economische en politieke eenheid af te dwingen. Zoals ik al aangaf denken ze daar enigszins verschillend over in de ECR-fractie. CU-SGP baseert zich vooral op het rapport van Prof. Graafland en wil de eurozone opschonen van onderaf (het exitcondities scenario). Het Duitse AfD wil een compleet nieuwe monetaire ordening van de eurozone. Hun standpunt kunt u nalezen in dit pamflet.
AfD wil dus niet per se dat Duitsland uit de EU of uit de eurozone treedt, maar is mordicus tegen de eurozone als transferunie, tegen de bankenunie én tegen het huidige beleid van de ECB. Verder vindt AfD dat landen makkelijker uit de eurozone moeten kunnen stappen, een standpunt dat weer erg lijkt op het exitcondities scenario van CU-SGP.
Dan hebben we nog de niet onbelangrijke Italiaanse Vijfsterrenbeweging van Beppe Grillo, die in de EVDD-fractie zit met UKIP, maar die tot nu toe niet het standpunt inneemt dat Italië uit de EU moet stappen. Wel wil Grillo een referendum organiseren over het aanhouden van de euro als munt.
Opvallend is dat the Matheo Solution door geen enkele Europese partij in het programma is opgenomen, terwijl dit monetaire model de beste score haalt in de eurocrisis oplossingsmatrix.
Samenvattend: er zijn grote onderlinge verschillen tussen de eurosceptische partijen wat betreft hun plannen voor de EU en de eurozone (naast ideologische verschillen). Deze verschillen lopen soms dwars door de grenzen van de Europese fracties heen. Misschien is dit goed voor het onderlinge debat, maar aan de andere kant kan dit er voor zorgen dat de eurosceptische partijen samen geen vuist kunnen maken. Daarentegen lijken de 70% niet-eurosceptische Europese parlementariërs gewoon door te willen gaan met de one-size-fits-all euro. De eurotrein dendert dus verder richting een transferunie, die het Noorden honderden miljarden euros per jaar zal kosten en die het economisch herstel in het Zuiden afremt.