De mislukkingskunstenaar: de definitieve biografie van W.F. Hermans?

Geen categorie07 dec 2013, 12:46

In 1999 verscheen Hermans. Zijn tijd, zijn werk, zijn leven van Hans van Straten. Vier jaar na het overlijden van W.F. was dat de eerste biografie, niet geautoriseerd door de erven. De kritiek erop was niet mals. Om niet te zeggen: vernietigend. Om niet te zeggen: die ging er als een pletwals overheen. Eerlijk is eerlijk: er rammelt nogal wat aan het boek, een foutenfestival waarvoor Van Straten niet kon putten uit sommige correspondenties. Tevens mocht hij geen enkele zin van het onderwerp van zijn biografie citeren. Een lastig parket.

Martin Ros
De biografie was Van Straten in januari 1999 uit handen gerukt door Martin Ros, toen adviseur van Uitgeverij Aspekt. Dat is jammer, want Van Straten had er meer van kunnen maken, of, in de woorden van Rudi van der Paardt (Ons Erfdeel, 2000):  ‘Bij een tweede, sterk verbeterde druk zou hij flink wat kunnen schrappen (...). Dat zou, bij benadering een tweede druk opleveren van 400 bladzijden – en dat lijkt voor een eerste biografie en samenvattend overzicht ruim voldoende.’

Een herseninfarct en de uitgever deden de rest: het boek kwam op de markt en zakte als een baksteen. In een interview met Onno Blom (Trouw, 18.03.1999) vertelt Van Straten hoe Ros te werk ging:

‘U moet weten dat ik in de nacht van 1 januari een geweldige dreun op mijn hersens heb gehad. De volgende dag kon ik niets meer op papier zetten. Ik herinnerde me maar weinig. Mijn vrouw heeft toen Martin Ros gebeld, en die heeft de hele bliksemse boel meegenomen. Daarna heb ik het boek niet meer gezien. Aan een literatuurlijst ben ik niet meer toegekomen. Het vervelende is, dat mijn geheugen vanaf dat moment enorm achteruit is gegaan. Ik kan ook steeds niet op allerlei namen komen.’

Publiciteitsmachine
Na het verschijnen van De mislukkingskunstenaar bleef Van Stratens eerste proeve ongenoemd. Alsof het boek helemaal nooit heeft bestaan. Alleen Hans Renders meldde in Het Parool dat het een ‘teleurstellende biografie’ was. En dat lijkt me toch niet terecht. Want 1) het boek hééft bestaan, en bestaat nog steeds en 2) het was zoals Van der Paardt al aangaf zeker niet slecht; als hij meer tijd had gehad om alles te corrigeren en herschrijven, was er zoiets als Hendrik Nicolaas Werkman. De drukker van het paradijs uit opgebloeid, een biografie waarvoor Van Straten (terecht) heel veel lof ontving. Het mocht niet zo zijn.

Toen De mislukkingskunstenaar onlangs verscheen, kwam er een publiciteitsmachine op gang die orkaankracht had. Zelfs toen Hermans overleed, in 1995, was er niet zoveel rond zijn persoon te doen. Dat een eerdere biografie in dat publicitaire geweld wegraakte, is misschien wel te begrijpen, maar het pleit ook tegen het geheugen van de literaire kritiek. De indruk die we nu krijgen, is dat Hermans het bezit is van één biograaf, wiens ‘levenswerk’ nu in twee delen zal uitkomen, waarna er een diepe stilte zal intreden. Want alles is dan gezegd.

Gedeelde herinnering
In een blogbericht over popmuziek zegt schrijver en recensent Rob van Essen iets moois over een band die een succesvol nummer uit de jaren tachtig na jaren weer eens opvoert. Het gaat hier om ‘I still want you’ van The Del Fugeos, een nummer waar Van Essen in het midden van de jaren tachtig al zijn verdriet & wanhoop op kon projecteren. Als hij beelden ziet uit 2011, van een concert waarop de band het nummer weer eens opvoert, komt hij tot deze mooie observatie:

'Op een gegeven moment zet de zanger weer in – maar hij neemt niet de leiding, hij zingt mee met het publiek. Iedereen zingt mee met elkaar, het nummer hangt tussen band en publiek in als een gemeenschappelijke prestatie, en het is (luister naar de toon van het gezang, kijk naar het gezicht van de zanger), totaal van zijn betekenis ontdaan, het is niet meer een lied over frustratie en verlies, het is een gemeenschappelijke herinnering geworden. (...) Het is geen herhaling, hier is meer aan de hand: iedereen is veranderd in de geest van hun vroegere ik. En terwijl ze meezingen begrijpen ze dat, en niemand vindt dat erg, sterker nog, ze zijn het aan het vieren. Hun vroegere ikken zijn dood en hier zijn ze terechtgekomen, er is ter plekke een hiernamaals gecreëerd.'
Het werk van Hermans is voor twee of drie generaties lezers en schrijvers inmiddels een gedeelde herinnering geworden. Natuurlijk speelt de felheid van vroeger af en toe (daarom is de receptie van het boek zo fel ingezet), maar in se is het werk van Hermans inmiddels, voor die generaties, iets wat ze gezamenlijk kennen en herkennen en in hun hart dragen. Het is zelfs zo ‘gewoon’ geworden dat sommige plekken in de biografie van Hermans als vaststaand worden aangenomen (de zelfmoord van de zus, Hermans obsessie voor het fiasco), zonder dat iemand, zelfs Otterspeer niet, er eens grondig naar kijkt.

Golden oldy
Daarmee is Hermans rijp geworden voor de golden oldy-tours en de programma’s van MAX. Gelukkig hoeft hij dat zelf niet meer mee te maken. Dat een eerdere poging om zijn leven vast te leggen zo drastisch uit het geheugen wordt weggesneden is kwalijk: het probeert Hermans en de biograaf van Hermans een air van heiligheid te geven, – en de biografie van Hermans die nu verschijnt de glans van een heilig geschrift. Literatuur bestaat uit teksten die op elkaar reageren. Wat we nu zien ontstaan, is het beeld van een persoon die het domein is van één biograaf en één groep mensen, mensen die bij die biograaf horen. Het werk van Hermans, deze gedeelde herinnering, lijkt te zijn opgesloten in een luchtdichte kooi, ter bestudering, maar niet door zomaar iedereen. Zelfs wat er in het verleden over de auteur werd geschreven, moet daar voor wijken.

Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten