Column Jean Wanningen: "Geen moralistische, maar realistische blik op eurocrisis nodig"

Geen categorie04 apr 2017, 14:00
Zolang economen niet out of the box willen denken blijft een structurele oplossing van de eurocrisis uit. Het probleem van de inflexibele muntunie vereist een innovatieve aanpak.
In de Volkskrant van 24 maart waarschuwt Adriaan Schout - Europa-expert en hoofd van de Europa Intern unit van Instituut Clingendeal - voor de risico's van een nieuwe eurocrisis. Schout legt de belangrijkste verantwoordelijkheid bij de zuidelijke periferie en een land als Frankrijk, die maar niet hun hervormingsafspraken nakomen. In een reactie hierop verweet de Utrechtse hoogleraar Sebastiaan Princen Schout een moralistische blik op de economische crisis te hebben. Die houding zou misleidend en improductief zijn.
Volgens Princen zou het allemaal wel goedkomen als Duitsland meer zou investeren en de lonen zou verhogen. Hij verwijt de Noordelijke landen een gebrek aan empathie met hun Zuidelijke ‘familieleden’. Zijn argumentatie gaat echter uit van de vooronderstelling dat de eurozone per definitie bij elkaar gehouden moet worden en gaat voorbij aan de werkelijke problematiek.
Princen signaleert terecht historische, politieke en economische verschillen tussen Griekenland, Italië en Portugal, maar verzuimt te vermelden dat de historische, politieke, economische én culturele verschillen tussen de zuidelijke periferie en landen als Duitsland en Nederland nog veel groter zijn. Nu weet ik natuurlijk niet of Princen ooit in Zuid-Europa heeft gewoond en gewerkt, maar uit eigen ervaring kan ik hem melden dat die verschillen gigantisch zijn. Men staat in Spanje of Italië heel anders in het leven dan in Duitsland en Nederland. Dit is een praktische reden die de divergentie tussen het Noorden en Zuiden verklaart.
Maar er is ook een economisch-wetenschappelijke reden waarom zoveel uiteenlopende economieën niet een gezamenlijke muntunie kunnen vormen. Al in de jaren zestig ontwikkelde de Canadese econoom Robert Mundell zijn befaamde Optimale Valutagebieden Theorie, waarvoor hij in 1999 de Nobelprijs ontving. Het belangrijkste onderdeel van deze theorie stelt dat landen alleen succesvol en duurzaam een gezamenlijke muntunie kunnen voeren indien hun economieën min of meer gelijk aan elkaar zijn. Niet alleen qua conjunctuurcyclus maar ook institutioneel. En de eurozone is nu eenmaal niet zo’n optimaal valutagebied.
Sterker nog, door de starre ‘one-size-fits-all’ structuur zijn de verschillen tussen de diverse deelnemende lidstaten na de invoering van de euro juist verder vergroot. In plaats van naar elkaar toe te bewegen zoals de bedoeling was, werd het omgekeerde bereikt. Noord wil nu aan Zuid een zwaar bezuinigings- en hervormingspakket opleggen in ruil voor financiële steun, maar dat werkt natuurlijk averechts, zoals ook Princen terecht constateert.
Men kan op economisch goede gronden verdedigen dat Zuid de nodige hervormingen zal moeten doorvoeren, zoals het flexibeler maken van de arbeidsmarkt, het openbreken van beroepskartellen en het afschaffen van regelgeving die het moeilijk maken een bedrijf te starten, maar we zien hier dat dit vooral papieren oplossingen zijn. En papier is geduldig. De (bedrijfs-)culturen in die landen werken niet mee. En aldus moddert de muntunie voort, met aan de ene kant een gefrustreerd Noord-Europa, dat zich letterlijk bestolen voelt, en aan de andere kant een even gefrustreerd Zuid-Europa, dat zich gepiepeld en vernederd voelt door de opgelegde maatregelen. De sinds 1999 gekozen euro-route werkt dus voor niemand.
De voorgestelde oplossingen van Princen – meer investeren en hogere lonen in Duitsland – zijn echter niet de oplossingen die soelaas zullen bieden. Meer investeren zal eerder de concurrentiepositie van Duitsland op termijn juist versterken en hogere lonen is een kunstmatige ingreep om iets wat niet functioneert (de muntunie) tóch te laten functioneren. En eerdere ervaringen in Nederland (de Wisselverlieszaak) hebben aangetoond dat een dergelijk traject in een land met een ondergewaardeerde (te goedkope) munt juist catastrofaal uitpakt – structurele aantasting van economie en koopkracht is daarvan het gevolg. Het is bovendien in strijd met het Verdrag dat prijsstabiliteit zegt na te streven.
Het probleem is dat de wisselkoers van de euro voor een land als Duitsland (en Nederland) veel laag is en voor een land als Griekenland of Italië ten opzichte van Duitsland (en Nederland) juist veel te hoog. En waar de zwakkere landen vroeger hun munt monetair konden devalueren voorkomt de rigide eenheidsstructuur van de eurozone deze uitweg. Ondanks de immense onderlinge economische verschillen één koers en één rente voor alle eurolanden.
De Europese Centrale Bank (ECB) houdt langdurig de rente kunstmatig laag en koopt op grote schaal staatsobligaties van de Zuidelijke landen op om die landen niet helemaal kopje onder te laten gaan, maar daar zijn Noordelijke spaarders en pensioenbeleggers de dupe van. Dat geldt zeker voor ons land met zijn omvangrijke pensioenspaarpot.
Wat er dus moet gebeuren is dat het europact aangepast moet worden. In het systeem moet de monetaire flexibiliteit worden aangebracht zodat er onderlinge wisselkoersaanpassing en een landen-specifiek rentebeleid mogelijk wordt. En het geval wil, dat zo’n oplossing allang bestaat: The Matheo Solution, ontworpen door onze out-of-the-box denkende landgenoot André ten Dam en waaraan de Volkskrant eerder dit jaar nog prominent aandacht besteedde.
In deze innovatieve en eenvoudige oplossing is gekozen voor een slimme constructie waarbinnen enerzijds de euro en de potentiële voordelen daarvan blijven behouden en gecombineerd worden met de noodzakelijke wisselkoersen en rentedifferentiatie terwijl de nadelen van beide systemen worden geëlimineerd. Dus het beste van twee werelden.
Dat is een veel verstandiger en betere weg dan zowel de moralistische van Schout, als de weg van ‘grenzeloze solidariteit’ van Princen, die juist destructief uitpakt.
Drs. Jean Wanningen is onafhankelijk euro-researcher.
Ga verder met lezen
Dit vind je misschien ook leuk
Laat mensen jouw mening weten