Dit is dus hoe ongelooflijk triest gesteld het is met het democratische gehalte
van ons parlement:PVV’er Martin Bosma stelt zich niet kandidaat als Kamervoorzitter. „Ik doe het niet”, zegt het PVV-Kamerlid dat alom lof oogst als ondervoorzitter van de Tweede Kamer. Volgens Bosma heeft zijn kandidatuur geen zin omdat hij als PVV’er kansloos is. Hij spreekt van een ’cordon sanitaire’ rond de PVV.
Daar heeft hij natuurlijk 100 procent gelijk in. Bosma wordt letterlijk door iedereen gewaardeerd als ondervoorzitter. Als hij lid was van een andere partij was hij al lang voorzitter geweest. Maar ja, de man hoort bij de PVV, en dus zal hij het nooit verder schoppen dan dit. De andere partijen weigeren een PVV'er zo'n functie te geven; het baantjescarrousel is alleen voor ingewijden van het partijkartel.
Dit betekent dat
PvdA'er
Khadija Arib vrijwel zeker Kamervoorzitter kan blijven, ook al is haar partij helemaal weggevaagd en zou ze het stokje normaal gesproken dus moeten doorgeven aan een ander. Maar ja, als 'die ander' een PVV'er is hoeft dat opeens niet en kan ze lekker doorgaan.
Het meest hilarische is het excuus dat de Kamerleden gebruiken om Bosma buiten te sluiten: als er buitenlandse regeringsleiders of ministers naar Nederland komen heeft de Kamervoorzitter een belangrijke functie. De dames en heren politici beweren dat een PVV'er naar voren schuiven op dat moment een slecht signaal is.
Dat klopt natuurlijk: het zou het signaal afgeven dat Nederland het democratische proces serieus neemt. Aangezien dat overduidelijk volstrekt niet zo is moeten we buitenlanders dat gevoel vooral niet geven. Dat zou maar hypocriet zijn.