De Nederlandse regering krijgt een dikke onvoldoende voor 'crisis management'. In plaats van de bevolking tot rust te manen handelt het volop in angst. ISIS is een geduchte vijand, maar we hoeven niet te doen alsof we hier binnenkort allemaal zullen omkomen bij een bomaanslag.
Allereerst is het natuurlijk heel erg mooi dat Nederland gaat meevechten tegen ISIS. Het kabinet heeft weken getreuzeld, maar daarna heb je ook wat: er zullen zes Nederlandse F16's af en aan vliegen om di idioten in hun eigen kalifaatje terug te bombarderen naar de steentijd. Daarnaast gaat Nederland ook grondtroepen van de Koerden en de Irakezen trainen, zodat zij doeltreffender kunnen optreden tegen ISIS. Fantastisch! Ik heb er ook alle vertrouwen in dat Defensie die taak naar eer en geweten zal uitvoeren totdat de klus geklaard is.
Waar ik echter minder vertrouwen in heb, is de PR van Defensie naar het thuisfront. Voor de tweede achtereenvolgende dag is het departement namelijk bezig met het zaaien van angst en twijfel door aan te kondigen dat zichzelf gaat verstoppen. Gisteren kregen reizende militairen al het verzoek hun uniform niet meer aan te trekken, en vandaag komt er bij dat iedereen die betrokken is bij de nieuwe anti-ISIS-strijd
angstvallig anoniem zal worden gehouden.
In dergelijke gevallen zou je verwachten dat Zijne Majesteits trouwe oppositie dan in ieder geval het hysterische sentiment wat probeert in te dammen, maar juist het tegenovergestelde is het geval. De bij de afgelopen verkiezingen grootste oppositiepartij van Nederland, de PVV, doet er nog eens een schepje bovenop door draconische maatregelen voor te stellen inhoudende dat het
leger zou moeten gaan patrouilleren op stations.
ISIS verslaan in Irak en Syrië zal de nodige tijd vergen. Dat is waar. Maar om meteen hier een klimaat van angst te vestigen is zwaar overdreven. Laten we uiteindelijk niet vergeten waarom ISIS onze vijand is: wij kunnen hier zorgeloos in vrijheid leven, en ISIS staat het tegenovergestelde voor. Laten we gewoon onszelf zijn, en niet ISIS emuleren.