Sinds de grote nederlaag van de PvdA is onze partij er nog niet in geslaagd de eigen situatie eerlijk onder ogen te komen. Waar ik had gehoopt dat het behalen van slechts negen zetels zou leiden tot grote veranderingen, bespeur ik veel struisvogelgedrag en apathie. Een paar voorbeelden: het grijsgedraaide idee dat de PvdA een ‘brede volksbeweging’ moet worden, optimisme over een zeer geringe zetelwinst in de eerste peilingen na de verkiezingen, beweginkjes binnen de partij die vooral een lanceerplatform zijn voor persoonlijke campagnes en een uittocht van jong talent. Het maakt dat ik steeds meer ‘op weg naar de uitgang’ ben en mij afvraag of het zinvol is om tijd te steken in de PvdA. Dat is voor iemand als ik, al jaren zeer actief voor de PvdA, een rotgevoel.
....
Ik hoop natuurlijk dat ik fout heb, maar allerlei tekenen wijzen hier wel op. Ik vraag mij steeds vaker af waarom ik eigenlijk nog zo actief ben voor een partij die - ook na een grote afstraffing - niet wil kiezen voor het verwezenlijken van linkse idealen in resultaten, maar vasthoudt aan een verleden dat nooit meer toekomst wordt. Maar ergens hoop ik dat ik, onderweg naar de uitgang, struikel over een steentje dat mijn ongelijk bewijst.