In Barcelona zijn vandaag honderdduizenden de straat opgegaan om te demonstreren tegen terrorisme. "Terrorisme."
Het is zo ontzettend benauwend. Je mag niet meer zeggen wat het is. Je mag niet meer zeggen dat er aanslagen worden gepleegd door moslims, uit naam van de
islam, geïnspireerd door de koran, gevoed door het vaste geloof dat in het paradijs 72 maagden wachten en bevestigd door haatpredikers en imams die deze arme moslims verleiden met hun vergif.
Arme moslims zeg ik. En dat zeg ik bewust. Want ik geloof stellig in het onderscheid tussen de koran en de islam enerzijds en de moslims als individu anderzijds. Ik heb moslims als goede collega's en kennissen. Geen kwaad woord over de mensen dus. Wel over het gevaar dat ze bedreigt: de radicale islam. Ik geloof niet in complotten of grote samenzweringen die Europeanen willen vervangen of etnisch vermengen. Dit komt me vaak te staan op boze reacties van rechtse mensen die alles wat moslim is het liefst over de grens zouden zetten of van linkse mensen die geen onderscheid in religies kennen en mij racisme verwijten, of moslimhaat. Geen van beide hang ik aan.
De bron van de radicale islam, hoe je het ook wendt of keert, is de koran. Als de koran nu een koning was geweest, de islam zijn land en de moslim zijn onderdaan, dan was het niet te moeilijk geweest. Maar zo is het niet. Toch gaat die vergelijking voor een groot deel wel op. De gewone moslim die geboren is binnen de islam, kan er niets aan doen dat dat zo is. Er uit stappen blijkt echter voor menigeen een onmogelijke opgave te zijn. Islam en islamisme zijn twee namen voor
dezelfde zaak.
Als we het dan kunnen benoemen, wat is dan de manier, demonstreren tegen salafisme? Demonstreren tegen elke extreme vorm van islam? Dat is niet de weg.
Demonstraties lossen niets op. De motieven die moslims drijven om aanslagen te plegen laten zich niet uit de weg ruimen door demonstraties. En al helemaal niet door demonstraties tegen abstracte begrippen als 'terrorisme.'
Dit artikel is anders dan mijn andere stukken. Dat komt omdat dit voorlopig mijn laatste artikel voor
De Dagelijkse Standaard zal zijn.
Nooit heb ik het gepast gevonden om persoonlijke overtuigingen de boventoon te laten voeren. Deze keer is dat anders. Regelmatig schreef ik over moslims en islam. Zonder mijn drijfveer daar bij te vermelden zouden die artikelen stuk voor stuk een eigen leven kunnen gaan leiden. Wij hebben moslims, salafisten, extremisten, imams, islamisten en zelfs moslimterroristen meer te bieden dan een verlicht overheidsgebouw, vlaggetjes, gedichten en toespraken. Het beste wapen tegen aanslagen ligt voor mij in de lijfspreuk van
Guillaume Groen van Prinsterer:
Tegen de Revolutie het Evangelie.Wat dat inhoudt? Ik denk dat hier de bijbelse geschiedenis uit Mattheüs 9 een goed voorbeeld is. Jezus zat in het huis van de tollenaar (belastingambtenaar) Mattheüs. En de farizeeën, en iedereen weet wel wat dat zijn, zagen dat er veel tollenaars en zondaars in het huis waren aangeschoven. Zij spraken er schande van. Maar Jezus hoorde het en zei:
Die gezond zijn, hebben den medicijnmeester niet van node, maar die ziek zijn. Doch gaat heen en leert, wat het zij: Ik wil barmhartigheid, en niet offerande; want Ik ben niet gekomen om te roepen rechtvaardigen, maar zondaars tot bekering.
Ik hoop dat dit de basis mag zijn voor onze houding jegens de moslim. Ook als het gaat over geradicaliseerde moslims. Want de zonde moet veroordeeld worden en het gevaar van de islam onderkend en aangewezen blijven, maar de moslim als medemens moet altijd met vriendelijkheid tegemoet worden getreden.
Het ga jullie goed,
Guido Jansen.