Misschien kennen we Rikko Voorberg nog. Hij veroorzaakte veel ophef toen hij in 2014 pleitte voor een 'menselijke behandeling' van de veroordeelde pedofiel Benno L. door de maatschappij. Sterker nog, hij nodigde L. uit om in zijn straat te komen wonen en zijn buurman te
worden. Nu komt Voorberg met een ander leuk idee: we moeten op 4 mei ook de gestorven
vluchtelingen herdenken die wij ''bedoeld of onbedoeld slachtoffers hebben gemaakt''. Je moet er maar op komen om een nationale traditie en herdenking van de slachtoffers in een van de gruwelijkste oorlogen in de geschiedenis van de mensheid op te rekken.
Papier
Met drieduizend witte papieren kruisen worden op het Rembrandtplein de gestorven vluchtelingen 'herdacht'. Voorberg wil met deze actie mensen dwingen om hieraan mee te doen en er niet omheen te kunnen. Tijdens de twee minuten stilte forceert hij mensen met dit fenomeen en leidt daarmee 'bedoeld of onbedoeld' de aandacht af van waar het op dat moment werkelijk om draait: de slachtoffers van de Tweede Wereldoorlog.
Kaping
Voorberg benadrukt stellig dat hij de
Dodenherdenking niet wil 'kapen', maar dat gebeurt natuurlijk uiteindelijk wel. Je kan niet mensen 'willen forceren' om vluchtelingen te herdenken en dan claimen de Nationale Herdenking niet te willen kapen. Er zijn al meerdere pogingen geweest om 4 mei te relativeren tot een herdenking van alle oorlogen of alle slachtoffers. Sinds 1961 herdenken we in Nederland op 4 mei niet alleen maar de Nederlandse slachtoffers, maar alle slachtoffers sinds het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Prima, zo een aanpassing past in de context. Maar ga je vluchtelingen ook nog betrekken bij de herdenking, dan wordt het hele fundament en doel van de herdenking ondermijnd. De betekenis en essentie kan zo sterk opgerekt worden dat de waarde van de herdenking en de boodschap verdwijnt. Dat moeten we juist voorkomen.