Paul Polman zet zijn concern Unilever maar al te graag neer als 'duurzaam' en 'milieuvriendelijk', want dan voelt het gros van Nederland zich tegenwoordig ook weer beter over zichzelf als ze wat van hem kopen. Terecht of niet: dat imago maakt hij allesbehalve waar.
Het leek deze maand wel alsof er een aardbeving of hongersnood moest worden afgewend in Nederland. De eventuele overname van Unilever door Kraft werd verslagen alsof het om de kroonjuwelen van de koninklijke familie ging. Met koppen als "Het grote Unilever ligt er onbeschermd bij", "Unilever, houd je rug recht" en "Unilever heeft genoeg opties om belagers van het lijf te houden" berichtten Nederlandse media een stuk vuriger dan wanneer échte Nederlandse traditities, zoals onze normen en waarden of het Sinterklaasfeest, onder vuur liggen. En natuurlijk kon ook een reactie van onze favoriete PvdA-minister Jeroen Dijsselbloem niet uitblijven: er moest immers alles gedaan worden om "'aasgieren en hyena's die klaarstaan je bedrijf kapot te maken" tegen te houden. Iedereen maakte haast bij het bieden van hulp aan CEO Paul Polman om de 'buitenlandse veroveraars' buiten de deur te houden. En dat allemaal om een bedrijf dat eigenlijk maar voor de helft Nederlands is.
Wat betreft de steunbetuigingen aan Unilever's CEO mag men zich ook wel eens stevig achter de oren krabben. Hoewel het bedrijf onder zijn leiding zich namelijk maar al te graag profileert als een hartstikke duurzaam en milieuvriendelijk concern - dat horen de GroenLinks-moeders van Nederland immers graag als ze boodschappen doen - blijkt de waarheidsvork heel anders in de steel te zitten.
Natuurlijk is het zo dat vele ondernemingen zich een beetje half in de markt zetten als 'duurzaam', simpelweg omdat ze weten dat dat verkoopt. Paul Polman is echter veel verder gegaan in zijn beloftes, waardoor de vorige zin zeker niet op hem van toepassing is. Hij claimt zich voor de volle 100% in te zetten voor onze wereld, en heeft al namen als de "duurzaamheidsevangelist" en de "redder van onze wereld" gekregen. Als klap op de vuurpijl is deze man ook nog eens met de 'Oslo Business for Peace'-prijs aan de haal gegaan. Nee, hij neemt zijn uitspraken aardig serieus zo te zien!
Tenminste, dat zou je denken. De realiteit spreekt namelijk boekdelen wanneer het gaat over de beloftes die deze man gemaakt heeft. Niet alleen is er over het algemeen veel niet pluis bij zijn bedrijf - mensenrechten neemt Polman ook met een stevige hap zout - maar met milieuvriendelijke maatregelen loopt het ook nog niet zo storm. Ja, Polman was maar al te trots toen hij kon aankondigen dat Unilever vanaf dan haar producten in milieuvriendelijke verpakkingen zou stoppen. Maar wat gebeurde er op dat moment duizenden kilometers verderop in India? Nou, dit dus: een grootschalige vergiftiging van werknemers én het milieu met kwik bij een fabriek in India. Die zaak is inmiddels geschikt - de werknemers kregen gelijk en werden gecompenseerd door Unilever - maar dáár hoor je onze media natuurlijk niet over. En deze zaak staat zeker niet op zichzelf: Unilever is al meerdere keren aangeklaagd om vanalles en nogwat sinds Polman daar in 2009 aan het roer kwam.
Ik ben niet zo'n milieu-fetishist. Als dit soort praktijken onze gezondheid aantasten kan ik er natuurlijk niet mee akkoord gaan, maar met die hele 'we moeten als mens klimaatverandering tegenhouden'-illusie en dergelijke heb ik helemaal niets. Waar ik echter nog veel minder mee heb, zijn mensen die het ene beloven en het andere doen. Want wat een belofte ook in moge houden: belofte maakt schuld. En als Paul Polman ergens schuldig aan is, dan is het wel aan het breken van die vele beloftes die hij de wereld gemaakt heeft.