We worden gepiepeld. Het is nu zo erg dat zelfs Kamervoorzitter Arib de handelswijze van de staatssecretaris bekritiseert. Ondertussen vecht Pieter Omtzigt van het CDA voor antwoorden. Kan hij het kabinet eindelijk zo ver krijgen dat het eerlijk is met het parlement over de gevolgen van de Europese pensioenrichtlijn? Eerder dit jaar berichtten wij dat het kabinet onze
pensioenen heeft
uitgeleverd aan Brussel. Zoals wij toen al uitlegden: "De Europese Unie krijgt met de IORP II-richtlijn veel meer controle over Nederlandse pensioenfondsen, en het Europese instituut EIOPA wordt een belangrijke toezichthouder. Zelfs de lettergrootte op de verslagen van Nederlandse pensioenfondsen wordt straks bepaald door de
EU. En dat terwijl de Nederlandse regering juist veel minder te zeggen krijgt over de pensioenfondsen: deze mogen zich straks vrij vestigen in elke EU-lidstaat, waardoor de Nederlandse toezichthouders buitenspel komen te staan. De gigantische Nederlandse pensioenpot van meer dan 1200 miljard (!) dreigt ons door de vingers te glippen – Nederland kan hierdoor honderden miljarden euro’s aan belastinginkomsten mislopen."
Hoewel het dus duidelijk was dat die richtlijn grote gevolgen zou hebben voor onze pensioenen was het nog niet helemaal duidelijk wat die gevolgen
precies zouden zijn. Wat was de impact van IORP II op Jan met de Pet en zijn oudedagvoorziening? Wat betekent de richtlijn voor de manier waarop pensioenfondsen opereren? En zijn ze nog wel zo betrouwbaar als in het verleden? Oh, en wat gebeurt er in vredesnaam met de 1200 miljard euro aan pensioenen die Nederland opzij heeft gezet en waar de rest van Europa al jaren elke dag een hongerige blik op werpt?
Ongelooflijk genoeg ging de
Tweede Kamer akkoord met ondertekening van de richtlijn terwijl deze zaken nog steeds niet duidelijk waren. Pas achteraf zetten de meeste partijen
daar vraagtekens bij. Natuurlijk was dat veel te laat; de schade was toen al aangericht. Die snelle handelswijze was nogal opvallend omdat de Kamer een parlementair voorbehoud had gemaakt: die mocht niet zomaar gepasseerd worden. Staatssecretaris Klijnsma deed dat uit naam van het kabinet (en Brussel, natuurlijk) lekker toch en zette de Kamer voor het blok: binnen een dag moest men akkoord gaan met een 100-pagina's tellend dossier. Een meerderheid van de Kamer deed dat inderdaad, zelfs al had bijna niemand het dossier (en dus de richtlijn) daadwerkelijk gelezen.
Eén van de weinige Tweede Kamerleden die zich al vanaf dag één
tegen de richtlijn verzetten is Pieter Omtzigt, van het CDA. Ook nu is hij weer goed bezig. In een nieuwe blog
op de website van zijn partij laat hij namelijk merken dat hij er nog steeds bovenop zit. Wie zijn bijdrage leest kan maar tot één conclusie komen: staatssecretaris Klijnsma maakt er nog steeds een enorme puinhoop van.
Sterker nog, je krijgt de indruk dat de bewindsvrouw dat bewust doet omdat ze niet wil dat Nederlanders erachter komen wat de gevolgen van de EU-richtlijn daadwerkelijk zijn.
Klijnsma had de afgelopen vijf maanden namelijk tijd om die gevolgen te onderzoeken en vervolgens te delen met de Kamer. Dat heeft ze ongelooflijk genoeg nog steeds niet gedaan. Dat is natuurlijk niet een teken van onkunde, maar van onwil. Mevrouw wil dit soort informatie gewoon niet aanleveren en hoopt dat het parlement haar daarmee weg laat komen.
Opvallend genoeg heeft Kamervoorzitter Arib dat ook in de gaten. En anders dan je zou verwachten van een PvdA'er is ze daar absoluut niet van gediend. In een
openbare brief aan Omtzigt (die zich bij haar beklaagde over de gang van zaken) schrijft zij onder meer het volgende:
De gang van zaken rond de totstandkoming van de IORP-richtlijn laat zien dat dit nog steeds een actueel thema is. Los van de — uiteindelijk politieke — afweging of in dit geval de informatievoorziening adequaat is geweest, rijst hierbij de vraag of gebruik had kunnen worden gemaakt van de zogenaamde stilteprocedure om teksten eerder vertrouwelijk met de Kamer te delen. Ook speelt de vraag of aan de voorwaarde die de Kamer heeft verbonden aan het beëindigen van het parlementair voorbehoud, namelijk dat “het conceptstandpunt van de Raad voorafgaand aan de besluitvorming in de Raad tijdig en met een waardering van het kabinet aan de Kamer wordt toegezonden” is voldaan.
Met andere woorden, ook de Kamervoorzitter vindt dat het kabinet de richtlijn werkelijk door de Kamer gejast heeft én dat er zowel vooraf als achteraf veel te weinig openheid van zaken is gegeven over de inhoud van de richtlijn en de gevolgen ervan voor het Nederlandse pensioensysteem. Dat laatste is een bijzonder belangrijke vraag: de richtlijn moet namelijk dwingend geïmplementeerd worden. We hebben het dus maar uit te voeren terwijl de Kamer -- en de gewone Nederlander dus ook -- nog steeds niet weet wat de impact van deze richtlijn is op ons pensioen.
In de hoop dat er nu wél een keer antwoord wordt gegeven hebben Omtzigt en co. nu nieuwe Kamervragen ingediend. De belangrijkste vraag is: in België en andere landen (zoals Cyprus) gelden hogere rekenrentes. Als je verhuist, schiet je dekkingsgraad omhoog. Alleen mag je dus rekenen met veel hogere rentes dan waarmee bijvoorbeeld verzekeraars in die langen mogen rekenen. En daar is geen goed reden voor. DNB mag op grond van de richtlijn een verhuizing van een ondernemingspensioenfonds niet tegenhouden.
Nu heeft Dijsselbloem begin dit jaar gezegd dat “Het verhuizen van pensioenfondsen naar België om de Nederlandse regelgeving en toezicht te ontwijken onverantwoord is”. Toch lijkt de pensioenrichtlijn hiervoor de rode loper uit te leggen.
Zoals Omtzigt duidelijk maakt is het sowieso nogal frappant dat deelnemers verplicht moeten meedoen aan zo'n fonds, maar dat het fonds vervolgens zelf zijn lokatie kan kiezen op basis van de vraag waar het toezicht het prettigst is. Wat natuurlijk inhoudt: het minst streng.
Hier zijn alle Kamervragen die Omtzigt gesteld heeft over deze materie. Gelukkig dat er nog iemand bovenop zit. De vraag is alleen: is dat genoeg?
Vragen van het lid Omtzigt aan de staatssecretaris van Sociale Zaken over toezicht arbitrage en andere mogelijke schadelijke gevolgen voor pensioenfondsen en gepensioneerden van de IORP-2 richtlijn
1. Herinnert u zich dat Kamer meerdere keren gevraagd heeft om een lijst van artikelen in de pensioenwet, die door de IORP-2 richtlijn dwingend gewijzigd moeten worden?
2. Herinnert u zich dat u bij al die gelegenheden een algemeen antwoord gegeven heeft en nimmer een lijst gegeven heeft van artikelen in de pensioenwetgeving die dwingend veranderd zullen moeten door IORP-2 (Kamerstuk 33931, nr. 17, nr. 18 en nr. 19).
3. Indien u van mening bent dat u wel een antwoord gegeven hebt, kunt u dan hier volstaan met een precieze verwijzing en de nummer van de artikelen in de pensioenwet die gewijzigd moeten worden?
4. Waarom heeft u, vijf maanden nadat u met het IORP-II compromis akkoord ben gegaan nog steeds geen adequaat inzicht gegeven in welke gevolgen deze Europese richtlijn heeft voor de Nederlandse pensioenwetgeving?
5. Heeft u kennis genomen dat ook de pensioenfederatie en het verbond van verzekeraars niet precies weten welke gevolgen de nieuwe richtlijn heeft, bijvoorbeeld op het punt van het uniform pensioenoverzicht? (Dutch pensions sector warns of IORP II impact on uniform statements, IPE.com,
www.ipe.com/countries/netherlands/dutch-pensions-sector-warns-of-iorp-ii-impact-on-uniform-statements/10015839.fullarticle)
6. Kunt u met spoed artikelsgewijs aangeven welke artikelen van de pensioenwet gewijzigd zullen moeten worden door IOPR-II en wat voor een wijziging elk van de artikel zal moeten ondergaan?
7. Herinnert u zich de uitspraken van minister Dijsselbloem in mei: “Het verhuizen van pensioenfondsen naar België om de Nederlandse regelgeving en toezicht te ontwijken is onverantwoord, vindt minister Dijsselbloem van financiën. 'Als dat de reden is, lijkt me dat buitengewoon kwetsbaar voor de mensen die hun pensioen via dat fonds hebben geregeld.' (Financieel Dagblad, 6 mei 2016)
8. Deelt u de mening van minister Dijsselbloem dat het verhuizen van pensioenfondsen naar België om de Nederlandse regelgeving en toezicht te ontwijken onverantwoord is?
9. Klopt het dat de Belgische toezichthouder een rekenrente hanteert van 4% voor de pensioenen van gepensioneerden? (Pensioenen van farmaceut AbbVie naar Belgie, Financieel Dagblad 24 februari 2016)
Indien de rekenrente niet precies 4% in alle gevallen is, hoe hoog is dan de rekenrente die de Belgische toezichthouder toestaat voor deze groep?
10.Klopt het dat DNB de marktrente als rekenrente hanteert en dat dat voor de pensioenen van gepensioneerden leidt tot een rekenrente die gewogen onder de 1% legt?
11.Heeft u er kennis van genomen, dat bij dit specifieke pensioenfonds de dekkingsgraad onder de Belgische rekenregels meer dan 10% hoger is en duidelijk is dat er mede op basis van toezichtsarbitrage gkoezen is voor een verhuizing naar Belgie? (Pensioenen van farmaceut AbbVie naar Belgie, Financieel Dagblad 24 februari 2016)
12.Klopt het dat het dus alleen al om de rekenrente aantrekkelijk is om een relatief grijs fonds te verplaatsen naar België, omdat de dekkingsgraad onder de regels van de Belgische toezichthouder hoger ligt dan onder de regels van de Nederlandse toezichthouder, DNB?
13.Mag DNB onder IORP-2 een verhuizing van een pensioenfonds naar een ander EU land tegenhouden, enkel op de grond dat er sprake is van toezichtsarbitrage?
14.Herinnert u zich dat u de vragen uit brief 2016D37195 allemaal opnieuw geformuleerd heeft voordat u ze beantwoord heeft en dat u bij een aantal daarvan de essentie wegliet, nadat u eerder al vergeten was deze vragen te beantwoorden in Kamerstuk 33931, nr. 17?
15.Kunt u de volgende vragen nu heel precies beantwoorden?
16.“ Deze inbreng gaat over de IORP richtlijn, die expliciet over de pensioenstelsels gaat. Heeft de Nederlandse regering ook een analyse gemaakt van de mogelijke uitleggen van de artikelen en de risico’s die daarmee gepaard gaan? Zo ja, kan zij die dan delen en zo nee, is zij alsnog bereid die te (laten) maken?” (vraag 1 uit brief 2016D37195
17.Vindt de regering het wenselijk dat pensioenfondsen naar het buitenland verhuizen enkel en alleen vanwege een minder streng toezicht? Zo nee waarom staat zij dat dan toe? En zo ja, waarom vindt zij de rekenrente in Nederland dan nog steeds adequaat? (vraag 2 uit brief 2016D37195)
18.Welke rekenrente acht de regering maximaal verantwoord? Graag een zeer precies antwoord op deze vraag. (vraag 5 uit brief 2016D37195)
19.Herinnert u zich de vertrouwelijke brief die de hele kamer u op 15 juni 2016 stuurde waarin zij u vroeg ervoor te zorgen dat ‘toezichtsarbitrage nooit een reden voor verhuizing mag zijn’?
20.Kan toezichtsarbitrage onder de nieuwe IORP-2 richtlijn een reden voor verhuizing naar een andere land zijn voor een pensioenfonds (dat IORP is)?
21.En klopt het dat DNB een verhuizing van een pensioenfonds naar een ander EU land niet kan tegenhouden?
22.Kunt u deze vragen 1 voor 1 en binnen de reguliere termijn beantwoorden?