Wie snoep jat, is een dief. Wie snoep jat
en bij de Koninklijke Marechaussee werkt, is een dief én een plek bij de militaire politie
onwaardig. Nu zijn de acht marechaussees die snoep hebben gejat uit een snoepautomaat bij de Koninklijke Stallen in Den Haag van plan hun - wat mij betreft terechte -
ontslag aan te vechten met een advocaat. De reden: andere marechaussees die ook iets probeerden te jatten maar daar niet in slaagden, zijn niet ontslagen. Tjongejonge, wat een Calimero-gedrag. Via
De Telegraaf:
Advocaat Sébas Diekstra staat drie van de ontslagen marechaussees bij. Hij laat weten dat de marechaussees vinden dat sprake is van willekeur en dat het ontslag een veel te zware maatregel is. Ze stappen daarom naar de militaire ambtenarenrechter.
"Het is niet uit te leggen dat je bij de militaire politie niet wordt ontslagen vanwege een poging tot diefstal, maar wel vanwege een geslaagde diefstal", aldus de advocaat.
Het is eigenlijk te triest voor woorden dat deze marechaussees überhaupt denken dat het oké is om met de vinger te wijzen naar oud-collega's die ook probeerden te jatten. Ze zijn zélf de fout ingegaan. Wie de billen brandt, moet op de blaren zitten. Wat ze niet helemaal lijken te snappen, is dat marechaussees het goede voorbeeld moeten geven. Ze moeten de wet handhaven. Ze beveiligen belangrijke objecten als de Tweede Kamer en
een Joodse school in Amsterdam.
Ze horen geen snoep te jatten. Nooit. En ze horen al helemaal niet te klagen dat ze worden ontslagen om zoiets. Het is net als met politici:
integriteit is
key. Je bent integer of je bent het niet. De snoepjattende marechaussees vallen overduidelijk in de laatste categorie. Helaas pindakaas voor de heren die het vertrouwen van hun werkgever hebben beschaamd en nu zonder werk zitten, maar het is volledig hun eigen schuld.