Terwijl honderd meter verderop in het Wertheimpark de jaarlijkse Auschwitzherdenking van start ging, bracht het programma Buitenhof afgelopen zondag zowaar een discussie over ‘de olifant in de kamer’ met betrekking tot het groeiend antisemitisme in Europa: het islamitisch antisemitisme.
Een goede zaak want je moet toch diep in het GroenLinks ‘weg met ons’ moeras zijn weggezonken - zoals types die gaan demonstreren bij een actiefilm over Michiel de Ruyter – om te blijven ontkennen dat een nieuw soort openlijk en agressief antisemitisme in Europa rondwaart. Deze nieuwe vorm van antisemitisme vindt zijn oorsprong in het mondiaal groeiende politieke Islamisme van de afgelopen vijftig jaar en is vanuit de landen van herkomst geëxporteerd om vervolgens in vruchtbare aarde te vallen binnen de Europese moslimgemeenschappen. Omdat de deelnemers aan de discussie in buitenhof wat betreft de oorzaak, de aard en de oplossing van het probleem er niet helemaal uitkwamen zal ik hier beknopt een Jip en Janneke poging doen.
In vergelijking met het religieus, economisch en vanaf de 19e eeuw racistische antisemitisme dat de Joden in ‘christelijk’ Europa ten deel viel, hadden Joden het in de Islamitische wereld relatief goed tot 1948. Er is overigens geen reden om daar al te rooskleurig over te berichten. Hoewel de profeet Mohammed aanvankelijk nog wel sympathie had voor Joden, veranderde dat snel toen zijn bekeringsdrift in Medina in 622 tegenstand ondervond van de Joodse gemeenschap aldaar. Talrijke negatieve stereotyperingen van Joden in de Koran en de Hadith waren het gevolg. In de door de opvolgers van Mohammed gestichte Islamitische staten en rijken kwam het er in de praktijk op neer dat Joden als tweederangs burgers mochten leven op voorwaarde dat zij de Islamitische overheersing aanvaardden en respecteerden. Joden moesten daarvoor een belasting betalen, de djizja, hadden minder juridische rechten dan moslims, mochten geen paard rijden en geen wapens dragen. Deze situatie van tweederangs burgerschap van Joden duurde tot het einde van de 19e eeuw en had begrijpelijkerwijs een breed gedragen, diep geworteld, vanuit de koran en religie geïnspireerd antisemitisme tot gevolg dat overigens relatief onschuldig was. Het is enigszins vergelijkbaar met het latente katholieke antisemitisme in Europa van de 20e eeuw waarbij Joden als onbetrouwbaar en op geld belust werden afgeschilderd. Zo luidt een oud Marokkaans gezegde: ‘Als een Jood een moslim bedriegt, dan is hij de rest van de dag gelukkig’.
Na 1948
Deze traditionele relatief onschuldige vorm van antisemitisme bleek echter een vruchtbare bodem voor een uit Europa geïmporteerd virulenter en agressiever antisemitisme dat vooral na de stichting van de staat Israël in 1948 in de gehele Islamitische wereld de kop op stak. Het feit dat westerse Joden, zionisten, in de nasleep van het Europees kolonialisme, een eigen staat hadden gesticht in Palestina – een gebied dat binnen de Islam heilig is en voor eeuwig islamitisch dient te zijn - was de aanleiding voor de introductie in de Islamitische wereld van het oorspronkelijk Europese irrationele ‘verlossingsantisemitisme’, dat de Nazi’s slechts enkele jaren ervoor tot haar uiterste consequenties door hadden gevoerd. De Protocollen van Zion en Mein Kampf werden bestsellers in Islamitische landen. De Joden zouden in het geheim de westerse wereld beheersen en zaten achter het kolonialisme en zionisme dat de staat Israël had voortgebracht. Hoe viel anders te verklaren dat de Arabische islamitische staten onder de vlag van de heilige oorlog er in 1948 niet in geslaagd waren het voor de Islam heilige Palestina te heroveren op de Joden?
Politiek opportunisme en irrationaliteit in de Arabische wereld
De vernederende nederlaag tegen Israël in 1948 had een structureel van staatswege gepropageerd antisemitisme in de Arabische landen tot gevolg. Ook om de aandacht van binnenlandse problemen in de autoritaire en veelal mislukte Arabische staten af te leiden, bleek dit staatsantisemitisme met Israël en het ‘westen’ als referentiepunt een probaat middel. Dit resulteerde overigens in de massale vlucht van bijna een miljoen Arabische Joden uit de Arabische wereld naar de nieuw opgerichte staat Israël. Eeuwenoude Joodse gemeenschappen uit landen als Egypte, Marokko, Irak, Iran en Syrië hielden, een paar duizend geïsoleerde zielen daargelaten, op te bestaan. Na de opnieuw vernederende nederlaag tegen Israël in de zesdaagse oorlog in 1967 waarbij bovendien Jerusalem met de Haram al- Sharif – na Mekka en Medina de heiligste plek op aarde voor moslims - door Israël veroverd werd, nam het staatsantisemitisme in de Arabische wereld alleen maar toe. Binnen de ongeletterde massa’s werd dit irrationele staatsantisemitisme geïnternaliseerd en vermengd met het traditionele islamitische antisemitisme dat uit de Koran en de Hadith voortkwam. In deze nieuwe vorm van antisemitisme viel het onderscheid tussen Joden als bevolkingsgroep, de staat Israël en zionisme maar moeilijk te maken.
Terug naar Nederland
Voor veel eerste en tweede generatie moslimimmigranten is dit staatsantisemitisme vermengd met traditioneel antisemitisme gemeengoed. Hoewel voor Turkije en daarmee Turkse migranten een apart verhaal geldt – Turkije was immers van staatswege seculier en oud-bondgenoot van Israël – hoeven we alleen maar te kijken naar de vaak rare en irrationele uitspraken van huidig president Erdogan om te zien dat in Turkije van hetzelfde irrationele antisemitische fenomeen sprake is. Vorige week beweerde hij immers nog op staatstelevisie dat de Israëlische geheime dienst achter de aanslagen in Parijs zat. Bij de Turkse en Marokkaanse moslimmigranten in Nederland was dit soort antisemitisme latent. Als naar binnen gekeerde minderheidsgroep in een land dat na WOII antisemitisme taboe had verklaard, kon je daar niet openlijk gehoor aan geven. Binnen de eigen gemeenschap en via de schotel werd dit antisemitisme echter wel doorgegeven aan de derde generatie vaak in Nederland geboren moslims. Bij deze veel mondigere en verwesterde generatie kwam dit antisemitisme opnieuw aan de oppervlakte na de aanslagen op 9/11.
De Islam als collectief mondiaal minderwaardigheidscomplex
De Islam en de Profeet zijn perfect en onfeilbaar volgens moslims. Nu heeft iedere religie last van zelfoverschatting maar binnen de Islam heeft dit ook een politieke en geografisch territoriale dimensie. Dat bijna de gehele Islamitische wereld door het technologisch geavanceerdere en economisch sterkere westen gekoloniseerd werd aan het einde van de negentiende eeuw, zorgde voor een collectief minderwaardigheidscomplex onder moslims ten opzichte van het westen. Hier kwam het moderne politieke Islamisme uit voort. Dat tijdens de eerste Golfoorlog in 1991 westerse troepen in Saoedi-Arabië - de bakermat van de Islam - gestationeerd waren, was de druppel die de emmer deed overlopen. De aanslagen op de Twin Towers door Al Qaida waren een direct gevolg van deze belediging van de Islam. De aanval op het symbolische hart van de westerse wereld werd door moslims, ook in Nederland, over het algemeen - al dan niet openlijk – met gejuich ontvangen. Amerika, met haar grote invloedrijke Joodse gemeenschap is immers ook de belangrijkste bondgenoot van Israël. In het irrationele islamitisch antisemitisme is het gemeengoed dat de Verenigde Staten in het geheim geregeerd wordt door Joden. Deze aanslag en islamitische overwinning was als zalf op de wond van het collectieve islamitische minderwaardigheidscomplex en een sterke impuls voor Nederlandse moslimjongeren om het herwonnen antiwesterse zelfvertrouwen inclusief het irrationele antisemitisme dat eraan verbonden was publiek te uiten.
Antisemitisme onder Nederlandse moslimjongeren
Vooral onder het mannelijke deel van de in Nederland geboren moslimjongeren wordt dit nieuwe antisemitisme sinds 9/11 daarom steeds vaker geuit. Het is onderdeel geworden van hun repertoire om zich af te zetten tegen de Nederlandse autochtone maatschappij die zij verantwoordelijk houden voor hun vaak marginale maatschappelijk situatie. In Nederland is nog geen onderzoek gedaan naar antisemitisme onder moslimjongeren maar uit een onderzoek in Vlaanderen uit 2013 bleek dat ongeveer de helft er antisemitische denkbeelden op na houdt. We kunnen er gevoeglijk van uitgaan dat het in Nederland om gelijkwaardige percentages gaat. Deze groep die er antisemitische denkbeelden op na houdt, is mijns inziens onder te verdelen in drie afzonderlijke groepen. Bij het grootste deel is antisemitisme nog steeds latent – net als bij hun ouders waarvan ze het meestal meegekregen hebben – en komt het alleen tot uiting als baldadigheid en stoerdoenerij onder elkaar, zoals in dit inmiddels beroemde fragment van Turkse jongens.
Uit deze grote groep komen echter twee kleinere problematischere groepen voort. Zogenaamde ‘straatjongens’ die vanwege allerlei problematiek zoals bijvoorbeeld criminaliteit minder remmingen hebben en verantwoordelijk zijn voor de meeste antisemitische incidenten als bekladdingen, uitschelden en spuugincidenten. Daarnaast is er nog een kleinere groep geradicaliseerde moslimjongeren die vanuit hun islamistische ideologie een ‘verlossingsantisemitisme’ hebben ontwikkeld waarmee iedere Jood voor hen een legitiem doelwit is geworden in hun strijd.
Het Israëlisch-Palestijns conflict als katalysator van antisemitisme
De staat Israël slaat al 66 jaar een wond in de pan-islamitische trots en haar stichting was zoals boven beschreven de directe oorzaak van een nieuw islamitisch antisemitisme. In onze door internet sterk globaliserende wereld, zijn ontwikkelingen binnen het Israëlisch-Palestijns conflict ook in Nederland de katalysator van antisemitisme onder moslimjongeren. Hoewel terecht meegeleefd wordt met het onrecht dat de Palestijnen aangedaan wordt, is het discours van hysterie en on-feitelijkheid waarin het conflict door moslimjongeren geplaatst wordt, zowel een uiting van islamitisch antisemitisme - waarin het onderscheid tussen de staat Israël, zionisten en Joden soms onduidelijk is - als een katalysator van hetzelfde antisemitisme. Er wordt veelvuldig geroepen over de ‘Palestijnse genocide’ waaruit blijkt dat het verschil tussen onschuldige burgerslachtoffers in wat in de kern een –weliswaar ongelijk – territoriaal militair conflict is en ‘genocide’ voor de demonstranten niet duidelijk is. Ook de vergelijkingen van Israël met Nazi-Duitsland - hoe afkeurenswaardig de Israëlische onderdrukking van Palestijnen ook is – is natuurlijk buiten alle proporties. De irrationaliteit die we tijdens de Gaza demonstraties van vorig jaar hebben gezien, zijn voor een deel te verklaren uit emotie maar het luid en veel gescandeerde Allahu akbar! moet de brave Groenlinksert die meeliep toch ook de wenkbrauwen hebben doen fronsen.
Appa
De grote spreker op de demonstraties van vorig jaar was rapper Appa. Voor veel jongens uit de hier bovengeschetste grote groep met antisemitische denkbeelden is hij een voorbeeld. Luistert u even naar zijn toespraken.
[embed]https://www.youtube.com/watch?v=EY2U6Afdcqs[/embed]
[embed]https://www.youtube.com/watch?v=MSkbQeaoYq4[/embed]
In een publieke toespraak weet Appa natuurlijk dat hij over ‘zionistische honden’ moet spreken in plaats van ‘de Joden’ wanneer hij zijn mondiale complottheorie ontvouwt. De ‘gelovige joden’ - die weten dat Palestina van de Palestijnen is(!) - steekt hij nog een hart onder de riem. Hoewel, aan het einde van de toespraak in Amsterdam laat hij zich nog even gaan en roept: Fuck de Talmoed! Zoals boven vermeld zijn dit soort toespraken in de Islamitische wereld gemeengoed, alleen wordt er dan wel vrijuit over ‘de Joden’ gesproken om de veelal ongeletterde massa’s met verwijzingen naar de Koran en Hadith te mobiliseren. Ook de sympathie voor zijn vrienden van Hamas –een door en door antisemitische organisatie – steekt Appa niet onder stoelen of banken. Uit dit alles valt op te maken dat voor de groep waar Appa voor spreekt, niet een rechtvaardige oplossing voor de Palestijnen binnen het conflict het einddoel is, maar het verdwijnen van de staat Israël. Die mening op zich is niet antisemitisch, maar de grond ervoor, zoals we uit de toespraken kunnen opmaken, is dat op zijn minst voor een deel wel. Zolang Israël bestaat en het conflict voortduurt, is er onder de grote groep moslimjongeren dat er een latent antisemitisch wereldbeeld er op na houdt, het risico dat zij vanuit dit antisemitisme zullen handelen. In samenhang met het groeiende radicale Islamisme waarbinnen Jodenhaat een intrinsiek fenomeen is, en het eruit voortkomende Jihadisme onder Nederlandse moslimjongeren, maakt dat islamitisch antisemitisme in Nederland en Europa een reëel probleem is voor de toekomst.
Onderwijs
De enige oplossing voor het bovengeschetst probleem blijft goed en feitelijk geschiedenisonderwijs over onderwerpen die van specifiek belang zijn voor de Nederlandse moslimbevolking: Het Israëlisch-Palestijns conflict, antisemitisme, geschiedenis van de Islam, WOII en de holocaust. Dit in samenhang met algeheel goed onderwijs, sociale emancipatie, sociale mobiliteit en een als gevolg daarvan toenemende secularisatie of verpersoonlijking van de Islam als religie bij de Nederlandse moslimbevolking.
Jan Tervoort is zanger, historicus en Amsterdams stadsgids Amsterjan