Een groter contrast tussen de Koerdische anti-ISIS demonstratie gisteren in Den Haag en de Jodenhaat die donderdag door islamisten werd tentoongespreid, is nauwelijks voorstelbaar.
Lezen jullie mee, jihadfanboys? Waar jullie demonstratie donderdagavond uitliep op een
orgie van Jodenhaat, agressie en intimidatie, lieten Koerdische Nederlanders gisteravond in dezelfde stad zien dat een demonstratie ook vreedzaam, waardig en met respect voor de regels van de democratie kan worden gehouden. Het aantal demonstranten was ongeveer gelijk aan dat van donderdag, op het hoogtepunt waren er zon 100 Koerden bijeen op het plein aan de Delftselaan in Transvaal, maar daarmee hielden de parallellen ook wel op.
Anders dan de ISIS-sympathisanten hadden de Koerden wel degelijk iets om voor (of tegen) te demonstreren, want waar de salafisten net deden of het lot van de Palestijnen in Gaza hen interesseerde (dit was niet meer dan een
doorzichtig excuus om hun antisemitisme en haat tegen het Westen te spuien), maken de Koerden zich oprecht zorgen over de toekomst van hun volk. Want waar zij in het verleden al werden vervolgd in Turkije en Irak, wordt nu hun naakte bestaan bedreigd door de slagers van de Islamitische Staat.
Boodschap van haat
Het verschil tussen de deelnemers van beide demonstraties was dat van dag en nacht. Bij de Koerden zag je niets van de hysterisch schreeuwende, superagressieve godsdienstwaanzinnigen die bij de pro-Gaza demo domineerden. De sfeer was gemoedelijk, vreedzaam, onder de organisatoren veel jonge vrouwen (geen hoofddoek te zien) en ook kinderen, zeker, maar anders dan bij de antisemieten donderdagavond, werden deze niet vergiftigd door de volwassenen met een boodschap van haat en geweld.
ISIS: terroristen, was de meest gehoorde slogan en hoewel er vlaggen van Abdullah Öcalan werden meegevoerd en pro-PKK leuzen gescandeerd, viel er geen onvertogen woord. De Koerdische Arbeiderspartij werd vroeger zelf door velen als terroristische organisatie gezien, maar sinds vorig jaar is er een staakt-het-vuren tussen haar strijders en de Turkse regering van kracht. En laten we eerlijk zijn, met de steeds dictatorialer opererende Erdogan in Turkije, de burgeroorlog tussen jihadisten en dictator Assad in Syrië en de opmars van ISIS in Irak, zijn de Koerden steeds meer de laatste stem van de rede in de regio.
Peshmerga
In Syrië weigeren de Koerdische verdedigingseenheden, de Yekîneyên Parastina Gel (YPG) kant te kiezen tussen twee kwaden en beschermen zij hun bevolking tegen de steeds verwoedere aanvallen van ISIS. In Irak verzetten de strijders van de Peshmerga (letterlijk: zij die de dood confronteren) als enigen zich succesvol tegen de opmars van de dood en verderf zaaiende jihadis. Maar hoe lang nog, vroegen de Koerdische demonstranten zich gisteren af. ISIS wordt steeds sterker en de YPG en Peshmerga kunnen op weinig steun van buitenaf rekenen. Nu de regios in Syrië en Irak onder Koerdisch bewind de meest stabiele en vrije zijn, is het de vraag of het Westen hen niet veel actiever dus met name militair - moet gaan steunen. Zolang de Amerikanen en de NAVO niet bereid zijn zelf op te treden tegen ISIS en steun aan Assad taboe is, is het niet meer dan logisch de Koerdische eenheden te financieren, te trainen en vooral te voorzien van moderne en zware wapens.
Er was nog een levensgroot verschil met de demonstratie van donderdag. Waar 100 agressieve en intimiderende ISIS-aanhangers werden begeleid door welgeteld vier agenten, was de Haagse politie gisteren wel massief op de been. Zes MEers te paard, vier busjes, vier motoragenten en nog eens een vijftiental agenten te voet begeleidden de demonstranten. Wellicht om de Koerden te beschermen tegen islamistische provocaties (die uitbleven), maar waarschijnlijk wilde burgemeester Jozias van Aartsen laten zien ditmaal wel bij de les te zijn.
Jammerlijk falen
Het leverde het potsierlijke tafereel op dat aan het begin van de mars er bijna meer politie dan demonstranten op de been was en het leek alsof de vrolijke, vreedzame groep Koerden door deze enorme politiemacht in toom moest worden gehouden. Iets waarvan iedere toeschouwer langs de route zag dat het volslagen bespottelijk was. Zo dacht Van Aartsen waarschijnlijk met deze overkill kracht uit te stralen, maar eigenlijk maakte het zijn jammerlijke falen van donderdag alleen nog maar duidelijker.