Vanochtend heeft u deel 1 gelezen van het redactionele commentaar op de CPB notitie inzake de Risicorapportage Financiële markten 2014. Hier volgt deel 2. In internationaal perspectief is het aandeel probleemleningen in de totale leningportefeuille beperkt. De verslechterde financiële situatie van huishoudens, gecombineerd met een oplopende werkloosheid, heeft een negatief effect op de consumptie. De dalende huizenprijzen hebben een sterk negatief effect op de consumptie, doordat consumenten meer gaan sparen, wat het economische herstel op de korte termijn drukt.
Huh? Volgens mij hebben de Nederlandse huishoudens de afgelopen twee jaar nog nooit zoveel afgelost op hun hypotheken. Waarom zegt u dat niet CPB? Dát en niet dalende huizenprijzen hebben een negatief effect op de lagere consumptieve bestedingen. Mensen staat het water aan de lippen en zijn doodsbenauwd. Een andere reden van de al jarelange lage consumptieve bestedingen is, dat mensen totaal geen vertrouwen hebben in het gevoerde beleid van Brussel. Waarom zegt u dat niet?
De oplopende werkloosheid vergroot de onzekerheid over het inkomen en de mogelijkheid om de lasten van de woning te dragen. Weliswaar stabiliseren de huizenprijzen, maar daarmee neemt het risico niet af. Ongeveer 30% van de huishoudens staat onder water, wat nog geruime tijd een risico voor banken zal blijven. Vooral jonge tweeverdieners zijn een risicogroep. Zij staan het vaakst onder water en hebben de hoogste rentelasten ten opzichte van het inkomen.
Goh, hoe zou dat nu toch komen? Hebben de banken die kredietverstrekking niet zelf aangejaagd? Tot zes keer het gezamenlijke jaarinkomen kon geleend worden! Tel uit je bankenwinst! Maar toen het misging waren het niet de banken die bloedden voor hun winstbejag, maar de belastingbetalers. Nietwaar CPB?
Vraagfactoren en de financiële positie van het mkb zijn de belangrijkste verklaring voor de afname van kredietverlening aan het mkb. Ondanks aanwijzingen dat aanbodbeperkingen van invloed zijn geweest, is het geen doorslaggevende factor voor de afnemende groei van kredietverlening aan het mkb.
Is dat zo? Ga eens met een MKB-ondernemer praten en vraag hem naar diens ervaringen. Zelfs voor goede plannen komt er geen of mondjesmaat krediet. De aanbodbeperking is de belangrijkste oorzaak van de teruggang van het MKB. Ik citeer Larry Fink in het FD van vanochtend. Fink is topman van het grootste hedgefund ter wereld: Black Rock. Hij sprak recent één van zijn Nederlandse klanten, die vertelde 'dat het MKB geen enkele toegang tot krediet meer heeft'. Bron. U draait met uw voorstelling van zaken de zaken om CPB. Het MKB komt in financiële problemen, omdat de banken de kredietkraan dicht hebben gedraaid. Er was zelfs een bank die éénzijdig de kredietovereenkomst met al haar kleine zelfstandigen opzegde, die vervolgens in deze omstandigheden natuurlijk nergens meer aan de bankenbak konden komen. Zo wordt het MKB door de met belastinggeld geredde banken de nek omgedraaid. Een schandalige gang van zaken.
Het Nederlandse bankwezen is voldoende gekapitaliseerd om aan de kredietvraag te voldoen. De verwachting is dat dit ook zo blijft wanneer de economie harder groeit dan verwacht, omdat eigen vermogen aantrekken dan makkelijker is.
Betaald door de belastingbetaler, niet door de banken zelf.
Aan de vraagkant blijkt dat de economische terugval de behoefte aan nieuwe en uitbreidingsinvesteringen vermindert. Een daling van de kredietvraag is het gevolg, waarbij sommige banken ten opzichte van twee jaar geleden een daling van kredietaanvragen van bijna 50% rapporteren. Daarnaast bemoeilijkt de financieel zwakke positie van een deel van het mkb de toegang tot krediet. Financiële kengetallen tonen de verzwakking van de financiële positie van een deel van het mkb, en vooral het microbedrijf. Ondanks de crisis is gemiddeld het solvabiliteitscijfer voor het mkb op peil gebleven, is de liquiditeitspositie op orde en groeit de omzet gemiddeld op jaarbasis.
Hoe rijmt de zwakke financiële positie van het MKB met de opmerking dat hun solvabiliteit, liquiditeit en omzetgroei op peil blijven? Dat kan niet allebei tegelijkertijd waar zijn.
De rentabiliteit van het totale vermogen neemt gemiddeld genomen af sinds het uitbrekenvan de financiële crisis, maar blijft positief. Mkb-bedrijven zijn echter een heterogene groep, waardoor niet kan worden gezegd dat het mkb er goed of slecht voorstaat. Binnen de grootteklassen zijn er bedrijven die het heel goed doen en bedrijven die op één of meerdere financiële kengetallen slecht scoren. Een deel van de microbedrijven scoort slecht. Zo heeft meer dan de helft van de microbedrijven te kampen met omzetkrimp, een rentedekking onder door banken gehanteerde normen, en een dalende solvabiliteit.
Met andere woorden: uw vorige opmerking dat het wel 'meevalt' met het MKB klopt niet.
Door de terugval van bancair krediet aan het mkb is het wenselijk om alternatieven voor bancaire financiering te stimuleren. Traditionele alternatieven voor bankfinanciering, zoals leasing, factoring en participaties, worden relatief weinig gebruikt. Nieuwe alternatieve vormen van financiering, zoals microfinanciering, crowdfunding, kredietunies en mkbfondsen zijn sterk in opkomst, maar het blijven vooralsnog nichemarkten. Verdere ontwikkeling van een bredere kredietmarkt in Nederland zal een verbetering vergen van de vermogenspositie van het Nederlandse mkb. Een dergelijk transitieproces kost tijd.
Met andere woorden: het (bancaire) geld is op, ga het maar halen bij de spaarders, belastingbetalers en andere vermogensverschaffers!Niet voor niets pleit diezelfde Fink voor een programma om het MKB te helpen. Het MKB is de motor van de economie en die dreigt volledig vast te lopen. En waarom? Om een internationale bancaire sector van een faillissement te behoeden, die zelf haar huiswerk niet heeft gedaan, teveel krediet heeft geleend aan landen zonder terugbetaalcapaciteit en die vervolgens gered konden worden door (Europees) belastinggeld. Dat en niets anders, is de waarheid.
De conclusie over dit flutrapport is dan ook dat de voorstelling van zaken door het CPB over de toestand van de Nederlandse economie en de financiële markten onjuist en onvolledig is. Het rapport strooit de Kamerleden zand in de ogen. Er wordt op zijn minst een vertekend beeld geschetst en er worden oorzaken en gevolgen omgedraaid. Maar.., "You can fool all the people some of the time, and some of the people all the time, but you cannot fool all the people all the time."
Hier vindt u een overzicht van mijn columns en u kunt mij hier volgen op Twitter.