Lagere premies tonen het succes van de marktwerking in de zorg aan. Er is echter nog een lange weg te gaan voor we werkelijk over een 'vrije' zorgsector kunnen spreken.
Eerder
schreef ik voor DDS Finance over de mooie winst die zorgverzekeraar VGZ over het jaar 2013 boekte. Volgens de verzekeraar werd vooral meer geld verdiend, doordat zorg goedkoper was ingekocht en klanten zich bewuster zouden zijn geworden van de zorgkosten. VGZ gebruikt de helft van de winst om de premies over 2014 te verlagen.
Eind vorig jaar
werd al bekend dat de meeste Nederlanders dit jaar minder kwijt zouden zijn aan hun zorgverzekering. Verzekeraar kopen zorg selectief in, waardoor kunnen ze besparen op de kosten. Dat dwingt zorgaanbieders, vooral ziekenhuizen, zich te specialiseren. Als een bepaalde operatie in een ziekenhuis nauwelijks wordt uitgevoerd, is niet alleen de kans dat er iets misgaat vaak groter (de arts heeft dan immers minder ervaring), maar kost die operatie over het algemeen ook meer. Dat is inefficiënt. Marktwerking is de beste oplossing. Bij volledige concurrentie zouden zorgaanbieders hun diensten en producten het beste kunnen afstemmen op de wensen van de consument.
Er is echter geen sprake van volledige concurrentie, noch volledige marktwerking. De voorgenoemde premiedaling had bijvoorbeeld vooral te maken met een verhoging van het eigen risico. De zorgverzekeraars noch de verzekerden hadden daar iets over te zeggen. Het werd simpelweg van het ene op het andere jaar door de staat afgekondigd.
De overheid bepaalt niet alleen de hoogte van het eigen risico, wat overigens wettelijk is verplicht. De overheid eist van iedere zorgverzekeraar dat hij een zogenoemd basispakket aanbiedt en bepaalt wat er allemaal onder dat basispakket valt. En eist vervolgens van iedere consument dat zij minstens zo'n basispakket afsluit, bij een Nederlandse zorgverzekeraar wel te verstaan. ('Europa' is wat dat betreft bepaald nog niet een markt.)
Het woord 'basispakket' is misleidend, want niet alle zorg die erin is opgenomen kan als basaal worden beschouwd. Zo is iedere Nederlander bij wet niet alleen verzekerd tegen spoedeisende hulp, verblijf in het ziekenhuis en specialistische zorg, maar ook dieetadvies en dyslexiezorg. Mannen en ouderen zijn verplicht zich te verzekeren tegen de kosten van kraamzorg en ivf-behandelingen, hoewel zij onmogelijk een kind kunnen krijgen. Wie niet rookt, betaalt toch premie om andere verzekerden te helpen stoppen met roken.
Vervolgens bepaalt de overheid zowel de prijs van de meeste ingrepen als de hoogte van de vergoeding. Verzekeraars noch zorgaanbieders kunnen dus echt concurreren. Slagen ze daar toch in, dat stelt de overheid ook nog eens een maximum aan de winst die zorgverzekeraars mogen maken. Verdienen ze in een jaar meer, dan verdwijnt het overschot in een pot algemene middelen.
Dan is er nog de zorgsector die helemaal niet vrij is. De kosten van langdurige zorg voor chronisch zieken, gehandicapten en ouderen wordt uit de staatskas betaalt, via de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). Iedere werkende Nederlander betaalt iedere maand 12,5 procent van zijn of haar inkomen aan de AWBZ. Vorig jaar werd bijna 30 procent van de zorgkosten uit de AWBZ betaald.
De rest van de sector is wel degelijk geliberaliseerd. Consumenten kunnen ieder jaar van zorgverzekeraar wisselen en steeds meer Nederlanders doen dat. Verzekeraars concurreren op prijs, van zowel het basispakket, door selectief zorg in te kopen, als aanvullende verzekeringen, en op kwaliteit. Deze marktwerking begint vruchten af te werpen en is zonder meer een verbetering ten opzichte van het collectivistische ziekenfonds dat consumenten geen enkel inzicht gaf in de kosten van hun zorg en leidde tot verschraling en wachtlijsten. Maar het is nog geen ideale situatie.
Idealiter zou iedere Nederlander vrijwillig een zorgverzekering afsluiten, bij welk bedrijf dan ook. We kopen stroom van een Zweedse onderneming en laten onze dakgoot door een Poolse aannemer repareren. We kunnen een hypotheek krijgen bij een Duitse bank en voor een operatie zelfs naar België of Spanje reizen, maar een zorgverzekering afsluiten bij een buitenlandse verzekeringsmaatschappij gaat niet?
Idealiter zou iedere verzekerde ook zijn eigen pakket samenstellen. Ik hoef echt niet tegen de kosten van kraamzorg te zijn verzekerd, maar betaal er toch iedere maand voor, omdat de overheid het oneerlijk zou vinden wanneer vrouwen meer voor hun verzekering moeten betalen dan mannen. Blijkbaar is het wel 'eerlijk' dat iedereen hulp kan krijgen om te stoppen met roken en die hulp vergoed krijgt, terwijl maar een op de vier Nederlanders rookt.
Dergelijke dilemma's kunnen worden opgelost met vrije keuze. Als de overheid zich niet bemoeit met waartegen consumenten zich kunnen en moeten verzekeren, zouden niet-rokers op den duur een niet-rokerspolis eisen van hun verzekeraar en terecht. Jongeren zouden een goedkopere verzekering kunnen krijgen, omdat dat de kans dat zij ziek worden gemiddeld nu eemaal kleiner is. Door zich überhaupt te verzekeren maken zij de totale zorgkosten al dragelijker. Dat is het mooie van een privaat verzekeringsstelsel. Daar hoeft de overheid niet aan te pas te komen.