Het kabinet moet zo snel mogelijk de Zalm-norm weer omarmen, zei de president van De Nederlandsche Bank, Klaas Knot, afgelopen week .
Bij de Zalm-norm wordt er vooraf een plafond in de overheidsuitgaven afgesproken, terwijl de belastingopbrengsten kunnen fluctueren zonder dat dit tot aanpassingen van de uitgaven hoeft te leiden (bij tegenvallers in de belastinginkomsten) of mag leiden (bij meevallers). Als de economie tegenvalt, zodat er ook lager dan verwachte belastinginkomsten zijn, zal het financieringstekort van de overheid toenemen. Er gaat dan een stimulerende werking van de overheidsfinanciën uit op de economie. En omgekeerd als de economie booming is zal er door de Zalm-norm sprake zijn van een dempende werking op de economie. Dat is het ideaal voor iedere minister van financiën: een beleid waarbij de economie automatisch gestabiliseerd wordt en waarbij niet bij iedere tegenvaller de begroting opnieuw overhoop hoeft te worden gehaald. Gerrit Zalm die deze norm invoerde tijdens het eerste paarse kabinet van Wim Kok (1994-1998) mocht de naamgever worden, maar eigenlijk was de norm een variant van het structurele begrotingsbeleid dat in 1961 door Jelle Zijlstra als minister van financiën (1959-1963) was bedacht.
Zalm zelf heeft zich bovendien niet aan zijn eigen norm gehouden. Tijdens het tweede paarse kabinet stond hij, rond de eeuwwisseling, toe dat de begroting voor volksgezondheid werd overschreden en dat er miljarden euros aan belastingverlichting werden uitgedeeld. Het was een tijd van oververhitting van de economie en Zalm deed daar dus graag een paar kooltjes bovenop. De Zalm-norm bleek voor de politiek niet zo interessant te zijn in goede tijden. Waarom zou je de hand op de knip houden als de belastingopbrengsten met bakken binnen stromen? Knot vreest kennelijk dat er ook nu weer zo iets dreigt, het gaat immers weer een ietsje beter. Volgens de Zalm-norm zou de economie dan zeker niet gestimuleerd moeten worden via de overheidsbegroting, bijvoorbeeld door lastenverlichting. Als het aan Knot ligt komt die er zeker niet. Eerst moeten er buffers aangelegd worden, zodat bij toekomstige tegenvallers niet direct hoeft te worden bezuinigd. Dat klinkt redelijk, maar dat is het niet.
Zoals ik al
eerder schreef, is Nederland zich arm aan het sparen. Dat kunnen we zien aan het saldo op de lopende rekening van bijna 10% van het nationaal product. We stoppen een groot deel van ons inkomen in pensioenfondsen die alleen maar meer willen en moeten (van Klaas Knot!) oppotten. Door te bezuinigen sparen we met ons allen nog meer en dat moet dus ook van Klaas Knot: hij noemt dat buffers aanleggen. Maar waarom moeten we buffers aanleggen als we al buffers hebben die groter zijn dan ons nationaal inkomen, namelijk in onze pensioenfondsen? Andere EU-landen (Frankrijk en Italië bijvoorbeeld) hebben die buffers niet, maar in die landen zullen over twintig jaar de gepensioneerden toch ook onderhouden moeten worden. Deze landen mogen van Olli Rehn dezelfde schuld hebben en hetzelfde tekort als Nederland, terwijl ze geen enkele buffer hebben voor de toekomst. Of moeten we die buffers van Knot soms aanhouden om de uit de hand lopende schulden van die landen mettertijd via de
eurobonds te helpen verlichten?
Kortom, Klaas Knot komt op het verkeerde moment met het goede advies, namelijk om de overheidsfinanciën niet uit de hand te laten lopen. In 2000 tijdens paars 2 zou dat een goed advies geweest zijn. Wat is op dit moment dan wel het beste advies? Dit: pas een grote verdwijntruc toe. Noem het Nederlandse pensioenvermogen (negatieve) overheidsschuld, en trek de jaarlijkse stijging van het pensioenvermogen van het financieringstekort af. Resultaat: de collectieve sector heeft geen schulden en geen tekort meer. Kabinet blij, Klaas Knot blij en Olli Rehn blij. Voordat de lezers (en schrijvers) van DDS bang zijn dat de overheid grepen in pensioenkassen mag gaan doen, spreken we verder af dat alles bij het oude blijft. Premies veranderen niet, dekkingsgraden niet, pensioeninkomens ook niet. Alles blijft bij het oude, maar alle begrotingsproblemen zijn weg. Dus, laat Dijsselbloem het vuurtje van de economie maar eens flink opstoken en op ouderwetse wijze (à la Zalm/Bos) lastenverlichting over ons (niet over de rijkaards onder ons natuurlijk) uitstrooien.